Dutch Topic List Dutch English Category 1 - OCR · wol wool 1 zand sand 1 zij(de) silk 1 zilver silver 1 broer brother 1 buren, buurman, buurvrouw neighbours 1 collega colleague 1

Page 1 of 37 GCSE Dutch Topic List

© OCR 2013

Dutch Topic List

Dutch English Category

aap monkey 1

beest beast 1

bij bee 1

dier (huis-) animal (pet) 1

eend duck 1

goudvis goldfish 1

hamster hamster 1

hok cage / hutch 1

hond dog 1

kalf calf 1

kat/poes cat 1

kip chicken 1

koe cow 1

konijn rabbit 1

lam lamb 1

muis mouse 1

paard horse 1

rat rat 1

schaap sheep 1

slang snake 1

staart tail 1

tijger tiger 1

varken pig 1

vee cattle 1

vleugel wing 1

vlieg fly 1

vlinder butterfly 1

vogel bird 1

wild wild 1

elektriciteit electricity 1

gas gas 1

hout wood 1

ijzer iron 1

karton cardboard 1

katoen cotton 1

kool coal 1

leer leather 1

staal steel 1

steen stone 1

GCSE Dutch Topic List Page 2 of 37 © OCR 2013

stof fabric, dust 1

wol wool 1

zand sand 1

zij(de) silk 1

zilver silver 1

broer brother 1

buren, buurman, buurvrouw neighbours 1

collega colleague 1

dame, heer lady, gentleman 1

dochter, zoon daughter, son 1

enig(st) kind only child 1

familie, familielid family, relative 1

gepensioneerd retired 1

gezin family 1

grof coarse 1

grootouders grandparents 1

huisvrouw, huisman housewife, house husband 1

iedereen, niemand everybody, nobody 1

jeugd youth 1

jongen boy 1

jongeren young people 1

kind, kindertijd child, childhood 1

kleindochter granddaughter 1

kleinkind grandchild 1

kleinzoon grandson 1

koning, koningin king, queen 1

lid member 1

man, mannelijk husband / man, male 1

meisje / meid girl 1

mens human being 1

moeder mother 1

neef nephew 1

nicht niece 1

oma grandmother 1

oom uncle 1

opa grandfather 1

ouderen, bejaarden, 65-plussers senior citizens 1

ouders parents 1

penvriend, penvriendin pen friend 1

persoon, persoonlijk person, personally 1

pleeg- step- 1

puber adolescent 1

schoon- in-law 1

tante aunt 1

tiener, teenager, jeugd teenager, young person 1

tweeling twins 1


© OCR 2013

vader father 1

volk people 1

volwassene adult 1

vriend, vriendin boyfriend, girlfriend / friend 1

vrouw, vrouwelijk wife / woman, female 1

zus / zuster sister 1

afzender sender 1

agenda diary 1

alfabet alphabet 1

baard beard 1

beschrijven to describe 1

burgerlijke staat marital status 1

datum date 1

geboorte, geboren op, geboren worden birth, born on, to be born 1

gegevens details 1

gemiddeld average / medium 1

gescheiden divorced 1

groeien to grow 1

haar hair 1

handtekening signature 1

hebben to have 1

heten to be called 1

intelligent intelligent 1

invullen to fill in 1

jaar, jaarlijks year, yearly 1

jarig having your birthday 1

jong young 1

kaal bald 1

krullend curly (hair) 1

leeftijd age 1

lengte height 1

letter letter (of alphabet) 1

maat size 1 naam, voornaam, achternaam, meisjesnaam

name, first name, surname, maiden name 1

nationaliteit nationality 1

noemen to give a name 1

oud old 1

paardenstaart pony-tail 1

steil straight (hair) 1

vlecht plait 1

aardig, aardig vinden nice, to like 1

actief, activiteit active, activity 1

afschuwelijk awful 1

alleen alone 1


alleenstaand, niet getrouwd single, unmarried 1

angst fear 1

arm poor 1

bang (zijn) (to be) afraid / anxious / frightened 1

behulpzaam helpful 1

beleefd polite 1

beroemd famous 1

bibliotheek library 1

bleek pale 1

blij happy 1

blond blond 1

boos angry 1

dik fat 1

doen to get on with 1

dol zijn op to like 1

dom stupid 1

dromen to dream 1

eerlijk honest 1

emotioneel emotional 1

eng frightening / scary 1

enthousiast excited / enthusiastic 1

ernstig serious 1

fantastisch wonderful 1

fijn fine, happy 1

geachte dear (respectful) 1

geduldig patient 1

gek crazy / mad / weird 1

geluk, gelukkig luck / happiness, happy 1

gevoel, gevoel voor humor feeling, sense of humour 1

glimlachen to smile 1

grap joke 1

grappig funny 1

groot big / large / tall 1

hartelijk warm / friendly 1

haten to hate 1

hekel hebben aan to dislike 1

helemaal completely 1

houden van to love / to like 1

huilen to cry (tears) 1

humeur mood 1

irritant annoying 1

jaloers jealous 1

kinderachtig childish 1

klein small 1

knap smart 1

kort short 1


© OCR 2013

kus / zoen kiss 1

lachen to laugh 1

lang long 1

langzaam slow 1

lawaai, lawaaierig noise, noisy 1

lelijk ugly 1

leuk nice 1

leven, levendig life / to live, lively 1

lief dear 1

liefde love 1

liegen to lie, tell lies 1

liever rather 1

liever hebben to prefer 1

lijken op to look like 1

mager thin 1

missen to miss 1

moe tired 1

mooi pretty 1

negatief negative 1

onvoorzichtig careless 1

perfect perfect 1

personage character 1

populair popular 1

positief positive 1

praktisch / handig practical 1

prettig nice 1

rijk rich 1

rommel, rommelig mess, messy 1

rustig quiet 1

saai boring 1

scheiden to divorce 1

serieus serious 1

slank slim 1

slecht bad 1

slim clever 1

spannend exciting 1

sterk strong 1

stil quiet 1

stom stupid 1

streng strict 1

totaal totally 1

trots proud 1

trouwen, trouwerij to get married / to marry, wedding 1

verdriet, verdrietig sadness, sad 1

verliefd in love 1

vervelen, zich to be bored 1


vervelend annoying / boring / tedious 1

voorzichtig careful 1

vreemd odd 1

vreselijk awful 1

vriendelijk friendly 1

vriendschap friendship 1

vrolijk cheerful 1

zenuwachtig / nerveus nervous / stressed 1

zwaar heavy 1

zwak weak 1

aan- / uitzetten / -doen to turn on / off 1

aan- / uittrekken to put on / to take off 1

aandoen / uitdoen switch on / off 1

aankleden to get dressed 1

afdrogen to dry up / wipe the dishes 1

afhalen take away / strip (the bed) 1

afruimen to clear away 1

afslaan to turn off 1

alles everything 1

bad (het), in bad gaan bath (tub), to have a bath / bathe 1

bezig busy 1

blijven to stay 1

borstel, borstelen brush, to brush 1

dag, dagelijks day, daily 1

delen to share 1

douche, douchen shower, to take a shower 1

druk busy 1

gebeuren to happen 1

gebruiken to use 1

geven to give 1

gewoon usual 1

halen to fetch 1

helpen to help 1

huis, thuis house, at home 1

inruimen to load (dishwasher etc) 1

kam, kammen comb, to comb 1

keer time 1

klaar ready 1

klaarmaken to prepare 1

knop switch 1

koken to cook 1

krijgen to get 1

leeg empty 1

leggen / neerleggen to put down 1

liggen to lie 1


© OCR 2013

maken to make 1

nemen to take 1

omkleden to get changed 1

ontspannen to relax 1

ophalen to pick up / fetch 1

opmaken to make (the bed)/ put make up on 1

oppas, oppassen baby-sitter, to babysit 1

opruimen to tidy up 1

opstaan to get up 1

organiseren to organise 1

poetsen to clean (teeth) 1

rondhangen to laze about 1

rusten to have a rest 1

schillen to peel 1

schoon, schoonmaken clean, to clean 1

slaap sleep 1

slapen to sleep 1

sluiten, slot to lock, lock / end 1

sproeien to spray / to hose / to water 1

spuitbus, spuiten spray can, to spray 1

spullen things / stuff 1

strijken to iron 1

tand / kies, tandenborstel, tandpasta tooth, toothbrush, toothpaste 1

tuin, tuinieren garden, to do gardening 1

uitslapen to have a lie-in 1

vaak often 1

vegen to sweep 1

versieren to decorate 1

vies dirty 1

voer, voeren feed, to feed (pets, children) 1

vouwen to fold 1

vuil dirty 1

wakker maken / worden to wake s.o., to wake up 1

(af)wassen, was to wash (up), washing / laundry 1

weggooien to throw away 1

wekker alarm clock 1

zeep soap 1

zetten to put 1

zitten to sit 1

zorgen voor to look after 1

armband bracelet 1

blouse blouse 1

bril glasses 1

broek trousers 1

das tie/ scarf 1


geblokt checked 1

gestreept striped 1

handschoen glove 1

hemd vest 1

hoed hat 1

horloge watch 1

jack jacket 1

jas coat 1

jurk dress 1

ketting necklace 1

kleding clothing 1

knoop button 1

kroon crown 1

laars boot 1

lens (contactlens) lens (contact lens) 1

lippenstift lipstick 1

merk (type) make, brand 1

mode, modieus fashion, fashionable 1

oor, oorbel ear, earring 1

overhemd shirt 1

pak suit 1

paraplu umbrella 1

pet cap 1

pyjama pyjamas 1

ring ring 1

rok skirt 1

sandaal sandal 1

schoen shoe 1

sieraden / juwelen jewellery 1

sjaal scarf 1

sleutel, sleutelhanger key, key ring 1

slipper flip flop 1

sok sock 1

spijkerbroek jeans 1

stijl style 1

tas, zak bag, pocket 1

trui pullover 1

vest cardigan 1

zakdoek handkerchief 1

appartement apartment 1

badkamer, wc / toilet bathroom, toilet / loo 1

begane grond ground floor 1

bezitten to own 1

buitenwijk suburb 1

buurt neighbourhood 1

conciërge caretaker 1


© OCR 2013

dak roof 1

dorp village 1

eigen own 1

eigenaar owner 1

gebied area 1

gezellig cosy 1

hal / gang hall / corridor 1

hek gate 1

kamer room 1

kas greenhouse 1

kelder cellar 1

keuken / bijkeuken kitchen / utility room 1

lift lift 1

luxueus, luxe luxurious, luxury 1

modern modern 1

moestuin / groentetuin vegetable patch 1

muur wall 1

net, netjes neat, smart / tidy 1

plaats, plaatselijk place, local 1

plafond ceiling 1

platteland country (not town) 1

privé private 1

rijtjeshuis terraced house 1

ruimte space / area 1

schuur shed 1

serre conservatory 1

sfeer atmosphere 1

slaapkamer bedroom 1

stad city / town 1

terras terrace 1

trap stairs 1

twee-onder-een-kap(woning) semi-detached house 1

verdieping (1ste verdieping) floor (e.g. 1st floor) 1

verwarming heating 1

vol cramped, full 1

vrijstaand detached 1

wijk area / district 1

wonen to live 1

woning house 1

woon- eet- zitkamer living / dining / sitting room 1

woonplaats place of residence 1

zolder attic / loft 1

aanrecht, gootsteen sink / worktop, (kitchen) sink 1

bank bank, sofa, settee 1

bed bed 1

bel bell 1


bureau desk 1

comfortabel comfortable 1

dekbed duvet 1

deken blanket 1

deur door 1

dienblad tray 1

diepvries freezer 1

fornuis cooker 1

gereedschap tools 1

gordijn curtain 1

handdoek towel 1

handig useful / handy 1

kalender calendar 1

kapstok coat rack 1

kast cupboard 1

kleed carpet 1

kleren, klerenkast clothes, wardrobe 1

klok clock 1

koelkast / ijskast fridge 1

kraan tap (water) 1

kussen cushion / pillow 1

la / lade drawer 1

leunstoel armchair 1

licht light 1

magnetron microwave 1

meubels furniture 1

nuttig useful 1

opener opener 1

oven oven 1

plank shelf 1

(thee-, koffie-) pot (tea, coffee) pot 1

raam window 1

schep spade 1

spiegel mirror 1

stoel chair 1

tafel table 1

vloer floor 1

vloerbedekking carpet 1

wastafel washbasin 1

zakmes penknife / pocket knife 1

blauw blue 1

bruin brown 1

donker dark 1

fel bright 1

geel yellow 1

grijs grey 1


© OCR 2013

groen green 1

helder bright 1

kleur colour 1

oranje orange (coloured) 1

paars purple 1

rood red 1

rose pink 1

wit white 1

zwart black 1

bespreken to book 1

bezet occupied (seat) 1

bus bus / coach / van / minibus 1

dienstregeling timetable (bus/train) 1

direct direct 1

eenrichting one way (e.g. ticket) 1

enkeltje / enkele reis single ticket 1

gaan to go 1

geldig valid 1

gevonden voorwerpen lost property 1

haasten to hurry 1

halte stop 1

instappen to get on 1

kaartje ticket 1

komen to come 1

laten to leave 1

lijn line / bus number 1

loket ticket office 1

melden to announce 1

ondergrondse / de metro underground / tube 1

openbaar vervoer public transport 1

opschieten to hurry up 1

overstappen to change (trains) 1

oversteken to cross (road) 1

passagier passenger 1

perron platform 1

plaatselijk local 1

punctueel punctual 1

reserveren, reservering to reserve, reservation 1

retourtje return ticket 1

spoorwegen, spoor railway, railway line 1

station station 1

strippenkaart public transport ticket (Dutch system) 1

teruggaan to return, go back 1

terugreis, terugweg return journey 1

tijd time 1


tram tram 1

uitstappen to get off 1

verbinding connection 1

vertraging delay / lateness 1

vertrekken, vertrek to depart, departure 1

vrij available, free, quite 1

wachtkamer waiting room 1

weggaan to leave 1l

achterbak (auto) boot (of car) 1

afstand distance 1

ANWB AA or RAC 1

auto(mobilist) car (driver) 1

bocht bend 1

boord (aan) board (on) 1

boot boat 1

bord sign 1

brommer moped 1

chauffeur driver 1

conducteur bus / train conductor 1

controleren to check (customs) 1

fiets, fietsenrek bicycle, cycle rack 1

fietsen, fietser to cycle, cyclist 1

file traffic jam 1

garage repair workshop, garage 1

haven port 1

helicopter helicopter 1

inchecken to check in 1

inhalen to overtake 1

kruising / kruispunt cross-roads 1

landen to land 1

lekke band puncture 1

machinist train driver 1

motor motorbike / engine 1

motorrijder motorcyclist 1

nummerbord registration number 1

omleiding diversion 1

pad, fietspad, voetpad path, cycle path, footpath 1

parkeren to park 1

rem brake 1

richting direction 1

rijbewijs driving licence 1

rijden to drive (car) 1

rotonde roundabout (traffic) 1

schip ship 1

slepen to tow 1

snel, snelheid quick, speed 1


© OCR 2013

snelweg / rondweg motorway / ring road 1

starten to start 1

stoep pavement 1

stoplicht, verkeerslicht traffic lights 1

stoppen to stop (vehicles) 1

sturen, stuur to send / to steer, steering wheel 1

tanken to fill up (petrol) 1

terugkomen to come back 1

trekken to pull 1

verkeer (het) traffic 1

vermoeiend, moe tiring, tired 1

vliegen to fly 1

vliegtuig plane 1

vliegveld / luchthaven airport 1

voetganger pedestrian 1

voorbijganger passer-by 1

voorruit windscreen 1

vrachtauto lorry 1

weg road 1

binnen inside 1

breed wide 1

dichtbij nearby 1

diep deep 1

hoek corner 1

hoog high 1

kant side 1

laag low 1

langs along 1

maximum top 1

meter metre 1

nauw narrow 1

noord, zuid, oost, west north, south, east, west 1

omgeven door surrounded by 1

rond round 1

schuin diagonally 1

ver weg distant, far 1

vierkant square 1

wijzen to point 1

bejaardentehuis old people's home 1

berg mountain 1

binnenstad (oude) old town 1

blad leaf 1

bloem flower 1

boom tree 1


bos wood / forest / bunch 1

brievenbus letter-box 1

brug bridge 1

centrum (het) town centre 1

dal valley 1

duinen dunes 1

fabriek factory 1

folder leaflet 1

fontein fountain 1

gebouw building 1

gemeentehuis town hall 1

gracht canal 1

gras grass 1

grond ground 1

heuvel, heuvelachtig hill, hilly 1

industrie industry 1

inwoner inhabitant 1

kaart map 1

kasteel castle 1

kathedraal cathedral 1

kerk church 1

kruis cross 1

markt market 1

meer lake 1

monument monument 1

moskee mosque 1

museum museum 1

oever riverbank 1

omgeving countryside / scenery 1

ondiep shallow 1

park (het) park 1

plant, planten plant, to plant 1

plat flat 1

plein square 1

politiebureau police station 1

postkantoor, posten post office, to post 1

postzegel stamp 1

pretpark theme park 1

provincie county 1

publiek public 1

rivier river 1

roos rose 1

sloot ditch/ stream 1

stadhuis town hall 1

stalletje stand 1

straat street 1

synagoge synagogue 1


© OCR 2013

tempel temple 1

tennisbaan tennis court 1

theater / schouwburg theatre 1

toren tower 1

veld, wei field, meadow 1

vijver pond 1

zaak business, firm 1

zebrapad zebra crossing 1

atletiek athletics 2

bal ball 2

beker trophy, cup 2

beklimmen / klimmen to climb 2

beurt turn 2

bowlen to go bowling 2

boxen boxing 2

doelpunt goal 2

drijven to float 2

duiken, duik to dive, dive 2

durven to dare 2

elftal team 2

evenement event 2

finale final 2

genieten van to enjoy 2

golf golf 2

gooien to throw 2

hengel fishing rod 2

ijsbaan ice rink 2

inschrijven to put one's name down 2

joggen jogging 2

kampioen, kampioenschap champion, championship 2

kanoën to canoe 2

klimmen to climb (mountaineering) 2

oefenen, oefening to practise, exercise 2

overwinning win, victory 2

paardrijden horse riding 2

racket, stick, bat racquet, stick, bat 2

rennen to run 2

rijden to ride (horse) 2

rolschaatsen roller-skating 2

schaatsen ice-skating 2

scheidsrechter referee / umpire 2

schieten to shoot 2

sensationeel sensational 2

ski, skiën ski, to ski 2

spelen, speler, spel / spelletje to play, player, game 2

sporten to do sport 2


sportief sporty 2

springen to jump 2

staan to stand 2

stadion stadium 2

stal stable 2

toernooi tournament 2

toeschouwer spectator 2

trainen to train 2

trainingspak tracksuit 2

turnen gymnastics 2

uitslag result 2

vangen to catch 2

vechtsporten martial arts 2

verspringen to do a long jump 2

vissen to fish 2

voetbal, voetballer football, football-player 2

wedstrijd competition / race / match 2

winnen to win 2

zeilen to sail 2

zwembad, openlucht, overdekt swimming pool, indoor, outdoor 2

zwemmen swimming 2

aankomen to put on weight 2

adem breath 2

afspraak appointment 2

afvallen to lose weight 2

allergie, allergisch allergy, allergic 2

apotheek pharmacy 2

asthma, asthmatisch asthma, asthmatic 2

behandelen to treat 2

beter worden / zijn get / be well 2

bijten, beet to bite, bite 2

blessure injury 2

blind blind 2

bloed, bloeddruk blood, blood pressure 2

buik, buikpijn tummy, stomach ache 2

chirurg surgeon 2

conditie fitness 2

dokter doctor 2

dood death / dead 2

doof deaf 2

duizelig dizzy 2

eerste hulp first aid 2

fit fit 2

gebit teeth/dentures 2

gehandicapt disabled 2


© OCR 2013

genezen to heal / to get better 2

gewond injured 2

gezond healthy 2

griep flu 2

hoestdrank cough mixture 2

hoesten to cough 2

hoofdpijn headache 2

hooikoorts hay fever 2

huisarts GP 2

infectie infection 2

ingreep intervention 2

injectie injection 2

keelpijn sore throat 2

kiespijn toothache 2

kliniek clinic 2

koorts fever (high temperature) 2

maag stomach 2

medicijn / geneesmiddel medicine 2

meteen immediately 2

middeltje remedy 2

misselijk, niet lekker, ziek sick 2

nachtmerrie nightmare 2

nodig, nodig hebben necessary, to need 2

ongezond unhealthy 2

openlucht open air (in the) 2

operatie operation 2

patient patient 2

pijn pain 2

pleister plaster (elastoplast) 2

recept prescription, recipe 2

rolstoel wheelchair 2

slikken/inslikken to swallow 2

snijden to cut 2

spreekuur surgery 2

steek sting 2

sterven / doodgaan / overlijden to die / to pass away 2

tablet, pil tablet, pill 2

tandarts dentist 2

temperatuur temperature 2

thermometer thermometer 2

vallen to fall 2

verband bandage 2

verkouden cold 2

verstuiken / verzwikken to sprain 2

vitamines vitamins 2

wegen to weigh 2

wesp wasp 2


wond wound 2

zalf/ crème cream, ointment 2

ziek, ziekte ill, illness 2

ziekenauto ambulance 2

ziekenhuis hospital 2

zwanger pregnant 2

been leg 2

borst chest 2

duim thumb 2

elleboog elbow 2

enkel ankle 2

gezicht face 2

hand hand 2

hart heart 2

hersenen brain 2

hoofd head 2

huid skin 2

kin chin 2

knie knee 2

lever liver 2

lichaam, lichaamsdeel body, body part 2

lip lip 2

mond mouth 2

nagel nail 2

nek/ hals neck 2

neus nose 2

oog eye 2

orgaan organ 2

pols wrist 2

rug back 2

schouder shoulder 2

snor moustache 2

teen toe 2

vinger finger 2

voet foot 2

voorhoofd forehead 2

wang cheek 2

wenkbrouw eyebrow 2

zacht soft 2

aardappel potato 2

aardbei strawberry 2

abrikoos apricot 2

ananas pineapple 2

appel apple 2

appelflappen deep-fried apples 2


© OCR 2013

azijn vinegar 2

banaan banana 2

beleg (sandwich) filling 2

biefstuk steak 2

bitter bitter 2

bitterbal type of croquette served as appetiser 2

bloemkool cauliflower 2

boontjes beans (green) 2

boter butter 2

boterham / snee brood slice of bread 2 brood, wit, bruin, meergranen, broodje / bolletje

bread: white, brown, multigrain, bread roll 2

cafetaria fish & chips shop 2

champignon mushroom 2

chocola, chocolaatjes / bonbons chocolate, chocolates 2

citroen lemon 2

cornflakes, muesli etc cereals 2

drop liquorice 2

druif grape 2

dubbele boterham sandwich 2

ei, gekookt, gebakken roer- egg, boiled, fried, scrambled 2

erwtjes peas 2

forel trout 2

framboos raspberry 2

frikadel type of sausage 2

fruit fruit 2

garnalen prawns 2

gebakje / taartje cake (piece of cake) 2

gehaktbal meat ball 2

gerecht dish (food) 2

geroosterd brood / toast toast 2

groente vegetables 2

hagelslag sweet sandwich filling 2

ham ham 2

honing honey 2

ijs, ijsblokjes, ijsje ice, ice cubes, ice cream 2

jam jam 2

jus gravy, sauce 2

kaas cheese 2

kabeljauw cod 2

kalf(svlees) veal 2

kalkoen turkey 2

karbonade chop, cutlet 2

kers cherry 2

kip chicken (food) 2

knoflook garlic 2

koekje biscuit 2


komkommer cucumber 2

kool cabbage 2

krentenbol currant bun 2

kroket meat croquette 2

lam lamb 2

lekkers / snoep(jes) / zoetigheid sweets 2

levensmiddelen food / provisions 2

loempia spring roll 2

mand basket 2

mandarijn tangerine 2

meloen melon 2

mie noodles 2

mosselen mussels 2

mosterd mustard 2

noot nut 2

olie oil 2

oliebollen type of doughnut 2

pannenkoek pancake 2

pap porridge 2

paprika pepper 2

peer pear 2

peper pepper 2

perzik peach 2

prei leek 2

pruim plum 2

puree mashed potato 2

reep chocola bar of chocolate 2

rijst rice 2

roggebrood rye bread 2

room cream 2

rozijn raisin 2

rundvlees beef 2

saucijzenbroodje sausage roll 2

sinaasappel orange 2

sla lettuce 2

soep soup 2

speculaas spiced biscuits 2

spek bacon 2

spinazie spinach 2

spruitjes Brussels sprouts 2

stamppot

Dutch speciality mashed potatoes with vegetables and meat 2

stokbrood baguette 2

stroopwafels syrup waffles 2

suiker sugar 2

taart cake 2


© OCR 2013

tomaat tomato 2

tong tongue / sole 2

tonijn tuna 2

ui onion 2

uitsmijter fried egg sunny side up 2

varkensvlees pork 2

vers fresh 2

vis fish 2

vla cold, runny custard 2

vlees (voor op de boterham) meat (sliced meat for sandwiches) 2

vrucht/ fruit fruit 2

worst sausage 2

wortel carrot 2

zak/ tas bag 2

zalm salmon 2

zout salt / salty 2

alcohol, alcoholvrij alcohol, alcohol free 2

chocolademelk / chocomel chocolate drink 2

drank, drankje drinks, drink 2

druppel drop 2

fles bottle 2

fris(drank) fizzy drink 2

karnemelk buttermilk 2

koffie coffee 2

limonade squash (drink) 2

melk milk 2

prik injection, carbonated drink 2

sap(je) juice 2

sevenup lemonade 2

spa blauw mineral water 2

spa rood carbonated water 2

water water 2

aantal amount 2

afhaal- take away (meal) 2

afrekenen to pay the bill 2

allerlei all sorts of things 2

apart separate 2

artikel article 2

assistent assistant 2

avondeten het dinner, evening meal 2

bakken, bakker to bake / to fry, baker 2

bedrag amount 2

beetje a little, a bit 2

bezorgen to deliver 2


biologisch organic 2

blik can, tin 2

briefje note (e.g. 50 euros) 2

dagschotel day's special 2

doos box (e.g. chocolates) 2

dorst (hebben) thirsty (to be) 2

drinken to drink 2

eetbaar edible 2

eten to have dinner / evening meal / food 2

fles bottle 2

fooi tip (money) 2

gang course (meals) 2

gekruid/ heet spicy 2

gemengd mixed 2

gram grams 2

half a half 2

halfvol semi-skimmed 2

hapje mouthful 2

hartig savoury 2

heerlijk delicious 2

honger hunger / hungry 2

hoofdgerecht main course 2

kauwen, kauwgum to chew, chewing gum 2

lekker/ vies smaken to taste (e.g. good / bad) 2

lijst list 2

lunch, lunchen lunch / midday meal, to (have) lunch 2

lusten/ houden van to like (food) 2

maaltijd meal 2

menu menu 2

ober, serveerster waiter, waitress 2

ontbijt, ontbijten breakfast, to have breakfast 2

open, openen open, to open 2

patat / friettent chips stall 2

plak / gesneden slice 2

poeder powder 2

pond pound (sterling), 500 grams 2

portemonnee purse 2

portie helping, portion 2

prijs price 2

proeven to taste (e.g. try) 2

restaurant restaurant 2

rijp ripe 2

ruiken to smell 2

schaal dish 2

schenken to pour 2

serveren to serve 2


© OCR 2013

slokje sip 2

smakelijk, smaak tasty, taste 2

stuk, per stuk piece, each 2

supermarkt supermarket 2

toetje / dessert / nagerecht dessert 2

vegetarisch vegetarian 2

voorafje / voorgerecht starter 2

vullen to fill 2

zoet sweet 2

zuivel dairy products 2

zuur sour 2

beker mug 2

bord plate 2

glas glass 2

kom bowl 2

kop cup 2

lepel spoon 2

mes knife 2

pan pan 2

schaar scissors 2

scherp sharp 2

schotel saucer 2

servies crockery 2

vork fork 2

afscheid nemen to say goodbye 3

afspreken to arrange 3

afzeggen to cancel 3

allebei both 3

begroeten to greet 3

bekend (well) known 3

bellen to phone / to ring 3

bericht message 3

bijzonder particular / special 3

braderie fair 3

breien to knit 3

brief letter 3

cadeautje present 3

carnaval carnival 3

contact opnemen to contact 3

dansen to dance 3

deelnemen / meedoen to take part 3

dialoog dialogue 3

envelop envelope 3

feest party 3

festival festival 3


gesprek conversation 3

gewoontes customs / traditions 3

groep group 3

groeten to greet 3

hangen to hang (out) 3

introduceren introduce 3

jaarlijks annually 3

kaart card (e.g. for birthday) 3

kaarten (to play) cards 3

kennen to know 3

kennis acquaintance 3

kletsen to chat 3

leren kennen to get to know 3

moment moment 3

naaien to sew 3

nationale feestdag public holiday 3

ogenblik moment 3

ontmoeten to meet 3

ontvangen to receive 3

opbellen to phone 3

oproep call (announcement) 3

overgaan to go on to the next year (at school) 3

paar few / pair 3

padvinders / scouts scout 3

pak(je) parcel, packet 3

pakjesavond evening of the 5th of December 3

plannen to plan 3

plezier fun 3

prachtig magnificent 3

praten to talk 3

rij, in de rij staan row, to queue 3

ritje ride 3

samen together 3

schaken chess 3

schilderen / verven, schilderij to paint, painting 3

speciaal special 3

spreken to speak 3

uitgaan to go out 3

uitnodigen, uitnodiging to invite, invitation 3

verjaardag birthday 3

vertellen to tell 3

verven to paint, to dye 3

verwelkomen to welcome 3

verzamelen, verzameling to collect, collection 3

vieren, viering to celebrate, celebration 3

vrije tijd free time / leisure 3


© OCR 2013

vuurwerk fireworks 3

week, weekeinde / weekend week, weekend 3

wensen, wens to wish, wish 3

zakgeld pocket money 3

zeggen to say 3

afdrukken to print 3

afstandsbediening remote control 3

apparaat equipment / machine 3

mobiel mobile 3

openen to open (programme) 3

opnemen to record 3

programma, programmeren programme, to programme 3

schotel satellite dish 3

sms'en to send text messages 3

techniek technology 3

tekst text 3

versturen to send 3

aanbieding special offer 3

aanschaf purchase 3

afdeling department 3

afgeprijsd reduced 3

bediening service 3

beschikbaar available, free 3

bestellen to order 3

betaalpas (credit / debit) card 3

betalen to pay 3

bon(netje) receipt 3

dicht closed 3

dragen to wear / to carry 3

duur expensive 3

duwen to push 3

echt genuine 3

etalage shop window 3

gebruiksaanwijzing manual 3

geld money 3

genoeg enough 3

gepast geld exact money 3

gesloten closed 3

goedkoop cheap 3

gratis free, complimentary 3

inclusief inclusive / included 3

inpakken to pack, to wrap up 3

kassa, kassière till / checkout, cashier 3

keus / keuze choice 3

kiezen to choose 3


klant customer 3

kleingeld change 3

koopavond late night shopping 3

kopen, koper to buy, buyer 3

korting reduction, discount 3

kwaliteit quality 3

meten to measure 3

munt coin 3

parfum perfume 3

passen, paskamer to try on, fitting room 3

pop doll 3

portefeuille wallet 3

roltrap escalator 3

ruilen exchange (goods) 3

sparen to save (money) 3

speelgoed toys 3

strak tight 3

uitgeven to spend 3

uitverkoop, uitverkocht sale, sold out 3

vergelijken, vergeleken met, vergelijkbaar to compare, compared to, comparable/similar 3

verkopen, verkoper to sell, sales-person 3

waard worth 3

winkel, winkelbediende shop, shop assistant 3 winkelen/ boodschappen doen, boodschappen to shop, shopping 3

wisselen to exchange 3

wisselgeld change 3

zoeken to search 3

aanbevelen to recommend 3

aandacht attention 3

aangenaam enjoyable 3

abonnement, abonnee subscription, subscriber 3

acteur actor 3

actie action 3

actueel topical 3

advertentie advert / advertisement 3

amusement entertainment 3

balkon balcony / circle 3

belangstelling interest 3

bioscoop cinema 3

boek book 3

cultuur culture 3

documentaire documentary 3

drama drama 3

favoriet favourite 3

film film 3


© OCR 2013

gallerie art gallery 3

geweldig tremendous 3

held hero 3

herkennen to recognise 3

hobby hobby 3

ingang, uitgang entrance, exit 3

interesse, zich interesseren, interessant interest, to interest, interesting 3

kanaal / zender channel 3

kijken to look 3

komedie comedy 3

komiek / cabaretier comic 3

krant newspaper 3

krantenkop newspaper headline 3

kunst, kunstenaar art, artist 3

luisteren to listen to 3

nieuw, nieuws new(s) 3

ondertitels subtitles 3

onvergetelijk unforgettable 3

portret portrait 3

presentator presenter 3

quiz quiz show 3

reclame advertising, advert 3

regisseur director 3

repetitie rehearsal, test 3

rol role / roll 3

romantisch romantic 3

serie series 3

stripboek comic 3

tekenen / handenarbeid art 3

tekenfilm cartoon 3

tijdschrift magazine 3

toegang admission/entrance 3

toneelstuk, toneel play, stage 3

tragedie, tragisch tragedy, tragic 3

uitzending broadcast 3

verhaal story 3

verrukkelijk excellent 3

verslag, verslaggever report, reporter 3

voorstellen, zich to imagine 3

voorstelling performance / showing 3

blokfluit recorder 3

dirigent conductor 3

dwarsfluit flute 3

gitaar guitar 3

horen to hear 3

instrument instrument 3


klassiek classical 3

koor choir 3

liedje song 3

lievelings- favourite 3

musicus / muzikant musician 3

muziek, jazz, rock, hiphop, volksmuziek music, jazz, rock, hip hop, folk 3

orkest orchestra 3

radio radio 3

spelen to play (CDs etc) 3

stem voice 3

viool violin 3

zanger singer 3

zingen to sing 3

aankomen to arrive 4

bezoeken/ op bezoek gaan to visit 4

doorbrengen to spend (a holiday, the night) 4

legitimeren to prove one's identity 4

lopen, lopend to walk, on foot 4

meevallen to exceed one's expectations 4

omkijken to look around 4

reizen, reiziger to travel, traveller 4

rondkijken to sight-see 4

surfen, surfplank to surf, surfboard 4

tegenvallen

to fall short of one's expectations / to be disappointing 4

uitpakken to unpack 4

varen to go in a boat 4

vertalen, vertaling to translate, translation 4

wachten op to wait for 4

wandelen, wandeling to walk, walk 4

zien to see 4

zonnebaden to sunbathe 4

aankomst arrival 4

accommodatie accommodation 4

avond evening 4

avontuur adventure 4

bagage, bagagedrager luggage, pannier 4

bestemming destination 4

bezienswaardigheden sights 4

buitenland, buitenlander, in het buitenland foreign country, foreigner, abroad 4

cabine cabin 4

doordeweeks on weekdays 4

douane control, check (customs) 4

dubbel double 4


© OCR 2013

duur duration, length of stay 4

eenpersoons single (e.g. room) 4

eergisteren the day before yesterday 4

eiland island 4

exclusief exclusive 4

excursie excursion, trip 4

foto photo 4

fototoestel camera 4

gast, gastheer, gastvrouw guest, host, hostess 4

gastvrijheid hospitality 4

geleden ago 4

gids guide 4

glad smooth 4

golf wave 4

grens border / boundary 4

halfpension half board 4

haring herring / tent peg 4

heimwee homesickness 4

historisch historical 4

hoofdstad capital 4

huren to rent / to hire 4

identiteitskaart identity card 4

jeugdherberg youth hostel 4

kamperen, kampeerterrein, camping to camp, camping 4

kampvuur camp fire 4

kluis luggage locker 4

kosten expense 4

kust coast 4

kustplaats seaside resort 4

kwart, kwartier quarter, quarter of an hour 4

leeuw lion 4

logé, logeren / overnachten guest staying the night, to stay the night 4

maand, maandelijks month, monthly 4

mededeling announcement 4

minuut minute 4

moedertaal mother tongue 4

motel motel 4

mug mosquito 4

nacht night 4

natuur nature 4

olifant elephant 4

onderweg on the way 4

ouderwets old-fashioned 4

overdag during the day 4

overmorgen the day after tomorrow 4

paspoort passport 4


periode period 4

picknick picnic 4

plattegrond town plan 4

prima excellent 4

regio region 4

reis heen- terug- journey 4

rekening account, bill 4

rondleiding (guided) tour 4

rondvaartboot boat touring around e.g. canals 4

rugzak rucksack 4

schaduw shade 4

slaapzak sleeping bag 4

souvenir souvenir 4

stok stick 4

strand beach 4

tent (opzetten, afbreken) tent (pitch, to take down) 4

toerist tourist 4

tweepersoons double 4

uitstapje outing 4

uitwisseling (school) exchange 4

uitzicht view 4

V V V Tourist office 4

vakantie, vakantieganger holiday(s), holidaymaker 4

verblijf stay 4

vlucht flight 4

volgend following / next (day / week) 4

vorig last 4

vreemdeling foreigner 4

vroeg early 4

vuurtoren lighthouse 4

wiel wheel 4

zaklamp torch 4

zee sea 4

zeeman sailor 4

zonnebril sunglasses 4

zwembroek swimming trunks 4

zwempak swimsuit 4

dierentuin zoo 4

bewolkt cloudy 4

bliksem lightning 4

bui shower 4

donder thunder 4

dooien to thaw 4

droog dry 4

extreem extreme 4

hagel hail 4


© OCR 2013

heet hot 4

hitte heat 4

ijzel black ice 4

klimaat climate 4

koel cool 4

kou / koude, koud cold (noun and adj) 4

lucht sky 4

maan moon 4

matig moderate 4

mild mild 4

mist, nevel fog, mist 4

nat wet 4

onbewolkt cloudless 4

onweer thunderstorm 4

opklaringen bright periods 4

regen, regenen, regenachtig rain, to rain, rainy 4

schijnen to shine 4

sneeuw, sneeuwen snow, to snow 4

ster star 4

storm, stormachtig storm, stormy 4

vorst frost 4

vriezen to freeze 4

warm warm / hot 4

weer, weerbericht weather, weather forecast 4

wind wind 4

wisselvallig changeable 4

wolk cloud 4

zon sun 4

zonneschijn sunshine 4

zonnig sunny 4

zwaar heavy (e.g. rain) 4

aannemen / accepteren to accept 4

advies advice 4

afval rubbish 4

anders different 4

arresteren to arrest 4

band tyre 4

bedanken to thank 4

bedenken to think of 4

bedoelen to mean 4

behalve except 4

belachelijk ridiculous 4

belangrijk important 4

beloven to promise 4

beschadigen to damage 4

beschermen to protect 4


betekenen to mean 4

bewaren to keep / to save 4

bewijs, bewijzen proof / evidence / licence, to prove 4

blussen to extinguish 4

boete fine 4

botsen to collide with 4

brand, branden fire, to burn (also CDs) 4

breken to break 4

dief, diefstal thief, theft 4

dronken drunk 4

drugs drugs 4

duidelijk clear 4

ecologisch ecological 4

expres on purpose 4

fout mistake / fault / wrong 4

gebroken / kapot broken 4

geloven to believe 4

geluid noise 4

gemeente council 4

gevaar, gevaarlijk danger, dangerous 4

gevangenis prison 4

geweld violence 4

glasbak bottle bank 4

goed, fout right, wrong 4

hopen, hopelijk to hope, hopefully 4

huisvuil domestic waste 4

hulp help 4

idee idea 4

inbreken, inbreker to burgle, burglar 4

ingewikkeld complicated 4

jammer genoeg unfortunately 4

juist correct 4

klagen, klacht to complain, complaint 4

klap slap / blow / hit 4

kloppen to knock / to be right 4

kwijtraken to lose 4

laten vallen to drop 4

lening loan 4

luchtdruk pressure 4

lucifers matches 4

mening opinion 4

milieu, milieuvriendelijk environment, environmentally friendly 4

minimum lowest 4

mis wrong 4

misdaad crime 4

mogelijk, onmogelijk possible, impossible 4


© OCR 2013

naald needle 4

nadeel disadvantage 4

natuurlijk natural, of course 4

nooduitgang emergency exit 4

onbekend unknown 4

ongeluk accident 4

ontdekken to discover 4

ontsnappen to escape 4

oplossing solution 4

opsporen to track (down) 4

overstromen, overstroming to flood, flood 4

overval robbery, mugging 4

partij party 4

pech breakdown (car) 4

pistool pistol 4

politie police 4

probleem problem 4

redden, redding to save / to rescue, rescue 4

repareren, reparatie to repair, repair 4

riem belt, safety belt 4

risico risk 4

roepen to call (out) 4

roken, rook to smoke, smoke 4

schade, schadelijk damage, damaging 4

scharrel- free range 4

schreeuwen to shout / to scream 4

simpel simple 4

slaan, raken to hit 4

stelen to steal 4

suggestie, voorstel suggestion 4

tegenwoordig these days 4

veilig, veiligheid safe, safety 4

veranderen to change 4

verbieden to forbid 4

verbranden, verbrand to burn, burnt 4

vergeten to forget 4

vergif poison 4

verliezen to lose 4

verschil difference 4

verslaafd, verslaving addicted, addiction 4

verspillen to waste 4

vervuilen, vervuiling to pollute, pollution 4

vlam flame 4

vluchteling / asielzoeker refugee 4

voordeel advantage 4

voorkomen to prevent / to avoid 4

vuur fire 4


wapen weapon 4

weinig, minder, minst little, less, least 4

antwoorden to answer 5

aula school hall 5

basisschool primary school 5

beginnen to begin 5

begrijpen to understand 5

blijven zitten to repeat the year 5

bord blackboard / whiteboard 5

corrigeren to correct 5

denken to think 5

directeur head teacher 5

docent teacher 5

etui pencil case 5

gedrag behaviour 5

gelijk hebben to be right 5

godsdienst, religie religion, RE 5

handschrift handwriting 5

herhalen to repeat 5

huiswerk (maken) homework (to do) 5

ICT I.T. 5

internaat boarding school 5

kantine canteen 5

keuzevak optional subject 5

klas, klasgenoot class, classmate 5

laat late 5

lab(oratorium) laboratory 5

leren, leraar, leerling to learn / to teach, teacher, pupil 5

les, lesgeven lesson, to teach 5

lezen to read 5

lokaal classroom 5

makkelijk easy 5 middelbare school, VWO, HAVO, MAVO, VMBO comprehensive school 5

moeilijk difficult 5

nakijken to mark 5

onthouden to remember 5

opletten to pay attention 5

oppasser caretaker 5

overhoren, overhoring to test, test 5

overschrijven to copy 5

pagina page 5

papier paper 5

pauze break 5

pen pen 5

peuterspeelzaal playgroup 5


© OCR 2013

potlood pencil 5

proberen to try 5

proefwerk test 5

rapport school report 5

regelen to organise 5

rekenen (uit-), rekenmachientje calculate, calculator 5

rooster timetable (school) 5

school, scholier school, student (at school) 5

schoolplein school playground 5 schoolvakken, natuurkunde, scheikunde, biologie, geschiedenis, aardrijkskunde

subjects, physics, chemistry, biology, history, geography 5

schrijven to write (down) 5

slagen to pass (exam) 5

sport / gymnastiek P.E. 5

straffen, straf to punish, punishment 5

studeren to study 5

taal language 5

tekenen, tekening to draw, drawing 5

trimester term 5

uitleggen to explain 5

uitstekend excellent 5

uur hour 5

vak subject 5

vakkenpakket choice of subjects 5

verkeerd wrong 5

verontschuldigen to apologise 5

verstaan to understand 5

voldoende satisfactory 5

vraag question 5

vragen to ask 5

vreemde talen foreign languages 5

werkervaring work experience 5

zin, onzin, zinloos

sentence / sense, nonsense, senseless / meaningless / pointless 5

apotheker, drogist pharmacist, chemist 5

baas boss 5

beroep profession 5

boer, boerderij farmer, farm 5

bouwvakker builder 5

brandweer, brandweerman, -vrouw fire brigade, fireman, firewoman 5

burgemeester mayor 5

dierenarts vet 5

dominee vicar 5

electricien electrician 5

fotograaf photographer 5


ingenieur engineer 5

kapper hairdresser 5

knippen to cut 5

kok cook / chef 5

maatschappelijk werker social worker 5

monteur mechanic 5

ontwerper designer 5

piloot pilot 5

postbode postman 5

prins/es prince / princess 5

professioneel professional 5

rechter judge 5

secretaresse secretary 5

slager butcher 5

soldaat soldier 5

timmerman carpenter 5

verpleger / verpleegster nurse 5

wetenschapper scientist / researcher 5

arbeidsbureau job centre 5

archief file 5

baan, baantje job, small job (e.g. for students) 5

bedrijf firm 5

beloning reward 5

beslissen/ besluiten to decide 5

bevestigen to confirm 5

bevoegdheid qualification 5

brengen to bring 5

carrière career 5

cursus course 5

CV CV 5

deskundige expert 5

dienst duty 5

diploma diploma 5

doorgaan met to continue to / with 5

eindigen, finishen to end, to finish 5

ervaren, ervaring experienced, experience 5

examen examination 5

formulier form 5

gediplomeerd / bevoegd qualified 5

gelegenheid place / opportunity 5

graad degree 5

herinnering, herinneren zich memory, to remember 5

informatie, informeren information, to inform 5

interview interview 5

kantoor office 5


© OCR 2013

koffer suitcase (briefcase) 5

leider, leiding leader, leadership / management 5

lenen to borrow from / to lend to 5

loon pay 5

machine machine 5

medewerker employee 5

moeite effort 5

niveau level 5

onderwijs education 5

onderzoek, onderzoeken research / survey / test, to research / to test / to examine 5

ontslaan, ontslag nemen to fire, to quit 5

opleiding training 5

opstel essay 5

personeel employees 5

product, produceren product, to produce 5

project project 5

salaris salary 5

schema scheme 5

schrift exercise book 5

solliciteren, sollicitatiegesprek to apply, job interview 5

spits(uur) rush hour 5

stagiair(e) trainee 5

staken to strike 5

stift felt tip pen 5

succes success 5

taak task 5

team / ploeg team 5

thema theme 5

toekomst future 5

uitvinden to invent 5

universiteit university 5

verantwoordelijkheid responsibility 5

verbeteren to improve 5

verdienen to earn 5

verslapen, zich to oversleep 5

voorbeeld example 5

vulpen fountain pen 5

werk(e)loos, werk(e)loosheid unemployment 5

werken, werk to work, work 5

werkgever employer 5

zakken to fail (exam) 5

Documents

Dutch Topic List Dutch English Category 1 - OCR · wol wool 1 zand sand 1 zij(de) silk 1 zilver silver 1 broer brother 1 buren, buurman, buurvrouw neighbours 1 collega colleague 1