38
Jean Attali Philippe Samyn Architect en ingenieur EUROPA Europese Raad en Raad van de Europese Unie

9789401414470

Embed Size (px)

DESCRIPTION

http://www.lannoo.be/sites/default/files/books/issuu/9789401414470_.pdf

Citation preview

Jean Attali

Philippe Samyn Architect en ingenieur E

UR

OP

A E

uro

pe

se R

aad

en

Raa

d v

an d

e E

uro

pe

se U

nie

Jean Attali

Philippe SAmyn and PArtnerS architects and engineers Lead and design partner for the joint venture withStudio Valle Progettazioniarchitects Buro Happold Ltd. engineers

EUROPA Europese Raad en Raad van de Europese Unie Kroniek van een nieuwe zetel 2005-2013

Philippe Samyn Architect en ingenieur

16 eUrOPA 16

Gebouw A van de résidence Palace in Bruxelles Atmosphère 10-32, Albert Guilsain, Éditions L’Églantine, 1935. foto: willy Kessels.

VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

1

De lidstaten willen zichzelf niet opheffen; dat beperkt hun belangstelling voor de vraag hoe ooit één te worden. Wel staan zij op elk moment voor de vraag: Waarom zijn we samen? Wat onderscheidt ons van de niet-leden? Het antwoord bepaalt de uitstraling naar de rest van de wereld en naar de Eigen bevolkingen. Ook die laatste willen graag weten in wat voor gezelschap ze terechtgekomen zijn. De zelfdefinitie van de ledenkring was steeds inzet van poli-tieke strijd.

Luuk van Middelaar

De passage naar Europa. Geschiedenis van een begin

1717eUrOPA

EuropA is gebouwd als zetel voor de toekomstige ‘Europese toppen’: de periodieke

samenkomsten van de staats- en regeringsleiders van de achtentwintig landen van

de Europese unie. EuropA zal ook de nieuwe zetel worden van de raad van de

Europese unie, een echte ‘Ministerraad’ die de regeringsleden van de diverse staten

samenbrengt in functie van de behandelde onderwerpen: buitenlandse zaken, eco-

nomie en financiën, milieu, defensie, landbouw… De Europese raad is het opperste

politieke orgaan van de unie. Het verdrag van Lissabon (2008) heeft deze uitvoerende

macht meer gezag gegeven dan ooit tevoren. om zijn legitimiteit als democratische

instelling te bekrachtigen, heeft het voor de raad van de Europese unie de verplich-

ting geschapen publiek te zetelen als er beraadslaagd wordt over een voorstel voor

een wetgevende handeling: ‘Het is een kleine maar reële stap naar de geleidelijke

evolutie van de raad in een Kamer van Staten naar het model van de federale sys-

temen’ [Y. Bertoncini, Th. Chopin, A. Dulphy, et al., Dictionnaire critique de l’Union

européenne, Armand Colin, 2008]. De Europese raad en de raad van de Europese

unie vormen de derde zijde van de ‘institutionele driehoek’, naast de Commissie en

het parlement. Naast? De drie instellingen bevinden zich in dezelfde wijk in Brussel,

gelegen tussen het Jubelpark, het Schumanplein en het Leopoldpark; aan weerszij-

den van de Wetstraat staan de gebouwen van de Europese Commissie (Berlaymont,

Karel de Grote-gebouw) en die van de Europese raad en de raad van de Europese

unie (Justus Lipsius, résidence palace, Lex) tegenover elkaar. Nauwelijks iets verder-

op ligt de Leopoldruimte met de gebouwen van het Europese parlement. Die con-

centratie is in feite de grootste troef van Brussel.

VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

18 eUrOPA

Doorsnede wetstraat tussen het Jubelpark en het warandepark. michel Polak juni 1922.

Het schema van de stedelijke inplanting van europa langs de wetstraat, tussen het Jubelpark (onderaan links) en het warandepark (bovenaan rechts). Philippe Samyn 2012.

Luchtbeelden van het Jubelpark en de résidence Palace in Bruxelles se transforme et se modernise, 1927. Privécollectie.

VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

19eUrOPA

Het project EuropA getuigt van de grotere rol van de unie. Toch is het absoluut

niet te vergelijken met de buitensporige architectuur van de presidentiële paleizen

of grote stadssymbolen die zowat overal in EuropA de macht belichamen. Het in-

planten van het toekomstige gebouw in het bestaande tracé, verzonken achter de

historische gevels van de résidence palace, vestigen de aandacht op de paradoxen

van het Brusselse urbanisme. op het eerste gezicht hebben de stedenbouwkundige

verordeningen niet verhinderd dat langs de Wetstraat een absoluut niet bij elkaar pas-

send architecturaal geheel ontstond: een stormloop van kantoorgebouwen, één na

één opgetrokken om te voldoen aan de groeiende gebouwenhonger van de Com-

missie, het parlement en de raad. In realiteit is het zo dat, als men in deze wijk in

de richting van de hoofdverbindingsweg kijkt, de schamele effecten van perspectief,

zichtbaar vanaf het Jubelpark, niet voldoende zijn om het gevoel van stedelijke chaos

te onderdrukken. Beschouwen we daarentegen de omvang van de ‘huizenblokken’

en de contouren van de gebouwen, versterkt door de hellingsgraad van het terrein

en de straten, dan begrijpen we dat de wanordelijke architectuur uiteindelijk wordt

goedgemaakt en verlevendigd door de schaalverschillen van de grootste gebouwen.

In die zin was de vroegere résidence palace, die in zijn tijd afstak tegen de structuur

van huizen gebouwd op de hellingkniklijn, al de voorloper van een stadsrevolutie:

dit art-decocomplex brak compleet met de half stedelijke, half landelijke traditie van

de oude percelen. Vandaag kan EuropA zich moeiteloos staande houden naast het

Justus Lipsius, de vesting die haar zware administratieve omhulsel laat wegen op het

onzichtbare corpus van de Europese macht. Dat neemt echter niet weg dat het nieu-

we gebouw zich zal onderscheiden en zelfs voordeel zal halen uit zijn hoge silhouet

met de beschermde gevels van vroeger.

toegangspasje tot de werf, getekend door michel Polak, 1925. Privécollectie.

Bouwvakkers aan het werk op de werf van de résidence Palace in Le Home, maart 1925.

inplantingsplattegrond voor het complex résidence Palace in Le Home, maart 1925.

VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

22 eUrOPA

Ansichtkaarten. Privécollectie.

VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

23eUrOPA VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

36 eUrOPA

2010.12.03

VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

37eUrOPA VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

42 eUrOPA

Volgens dat concept hebben de vergader-

zalen, die allemaal in een apart gebouw zijn

ondergebracht, een smalle verbinding met de

vlakbij gelegen kantoren. Ze kunnen ook afge-

schermd worden als veiligheidsmaatregelen

noodzakelijk blijken. Dat concept, voorgesteld

in het stadium van de wedstrijd, bleef onver-

anderd, en de uitwerking kon in de loop van

het verdere onderzoek nog verbeterd worden.

Het gebouw in ellipsvorm bevindt zich dus

binnen in het atrium en is zichtbaar vanaf de

Wetstraat. Bijzonder eraan is dat de afmetin-

gen op het plan variëren naargelang de af-

metingen van de zalen die er ondergebracht

zijn. Van beneden naar boven noteren we:

– op de benedenverdieping: de cafetaria,

rechtstreeks in contact met het atrium;

– op de 1ste verdieping: de briefingzaal

voor de pers;

– van de 3de tot de 8ste verdieping: de drie

grote conferentiezalen met hun respectieve

tolkencabines;

– van de 9de tot de 11de verdieping: de

zalen en salons voor officiële lunches en

andere ceremoniën.

De grote conferentiezalen nemen elk twee

verdiepingen in beslag omdat voor elke zaal

een groot aantal tolkencabines noodzakelijk

is (30 of meer).

Het historische gebouw in L-vorm her-

bergt de kantoorfuncties. Dat zijn voorna-

melijk: de lokalen voor de delegaties van

de lidstaten van de Europese Unie in de

zuidvleugel;10 de lokalen voor de diensten

van het Secretariaat-generaal van de Raad

in de westvleugel. De hogere verdiepingen

(10 en 11) van dit L-vormige gebouw zijn

gereserveerd voor de leiders van de instel-

ling: de President van de Europese Raad, de

Hoge Vertegenwoordiger van de Unie voor

Buitenlandse Zaken,11 de (wisselende) voor-

zitterschappen van de diverse Raadsforma-

ties, de Secretaris-generaal van de Europese

Raad en de Raad van de Europese Unie, en

voor hun naaste medewerkers. Wat betreft

de lagere verdiepingen: de westvleugel

herbergt de logistieke functies (beveiliging,

preventie, technische leiding), de zuidvleu-

gel alle functies verbonden aan de pers.

Op de gelijkvloerse verdieping zijn drie

ingangen voorzien:

– op nr. 155 van de Wetstraat de hoofdin-

gang van het gebouw voor voetgangers;

– aan de achterkant van het gebouw een

aparte ingang voor de pers (die ingang ligt

precies tegenover gebouw C van het

Résidence Palace-complex waar het

International Press Centre is gevestigd);

– tegenover het Justus Lipsius en minder

zichtbaar vanaf de openbare weg bevindt

zich de ingang voor vooraanstaande perso-

nen die met een ambtsvoertuig aankomen.

Alle ingangen leiden na een veiligheids-

check naar verschillende liftgroepen. De

toegang tot de Résidence Palace is ook

mogelijk vanaf het Justus Lipsius, waarmee

het op drie verdiepingen in verbinding staat:

– op de 7de verdieping: een voetgangers-

brug voor afgevaardigden en functionaris-

sen die zo tussen de vergaderruimtes van de

gebouwen kunnen pendelen;

– op de 2de verdieping: een voetgangers-

brug die voornamelijk gebruikt wordt door

vertegenwoordigers van de pers (de belang-

rijkste werkruimte voor de pers blijft in het

Justus Lipsius);

– in het 2de souterrain: een gang voor het

transport van goederen en het afvoeren van

afval via de loskade en de reeds bestaande

opslaglokalen van het Justus Lipsius.

de procedures voor Het

verkrijgen van vergunningen

De procedures voor het verkrijgen van de

stedelijke en milieuvergunningen verliepen

gelijktijdig met de voorbereidende fase en

het ontwerp. Om problemen te vermijden

tijdens de procedure voor het bekomen

van de vergunningen, werd besloten om

in twee stappen te werken: eerst werk ma-

ken van het verkrijgen van de stedelijke en

milieucertificaten; vervolgens overgaan tot

het verkrijgen van de stedelijke en milieu-

vergunningen. Het ontwerpdossier, door de

Raad goedgekeurd op 4 mei 2006, diende

als basis voor het indienen van de aanvra-

gen met het oog op het verkrijgen van die

stedelijke en milieucertificaten. Dat dossier

werd eerst aangevuld met de door de instel-

ling gevraagde documenten, namelijk een

‘effectenstudie’ die zou worden geëist in het

kader van de aanvraagprocedure voor certi-

ficaten en vergunningen.

Na een aanbesteding bij inschrijving, ge-

organiseerd door de Regie der Gebouwen,

werd de firma Agora aangeduid om de ef-

fectenstudie uit te voeren. Tijdens het af-

wikkelen van dat onderzoek en met het ak-

koord van de opdrachtgever paste het team

Samyn-Valle-Happold het heropbouwplan

voor de Résidence Palace aan teneinde de

impact op het milieu te verbeteren. Zo werd

bijvoorbeeld een microklimaatstudie uitge-

voerd om de gevolgen van de wind op de

directe omgeving van het gebouw te eva-

lueren en werden er bepaalde wijzigingen

aangebracht. Zo werd ook besloten om het

gebouw uit te rusten met een ‘scherm’ van

zonnepanelen en een opvangbekken voor

regenwater.12 Agora leverde zijn eindrapport

van de effectenstudie in op 7 juni 2007.

Vervolgens werd na het verloop van het

Axonometrisch studieschema van de geometrie van de lantaarn.

VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

43eUrOPA

Het integreren van de ontwerpmaquette in de terreinmaquette, 2007.

VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

56 eUrOPA

2011.11.16

VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

57eUrOPA VAN RéSIDENCE PALACE TOT EUROPA

66 eUrOPA EEN PATCHWORK

Una barca da pesca, le traversine in rovere della ferrovia,le botti sfruttate dal vino, i manici di arnesi,l’aratro, la chitarra, il legno tenuto per il pugnodissanguato di resina e unto dal maneggio: di questa materia seconda va fatto l’altare.

Erri de Luca

“Legno”, L’Ospite incallito

67eUrOPA

2

EEN PATCHWORK

Tussen de massieve silhouetten van het Lex, het Karel de Grote-gebouw en het Jus-

tus Lipsius, en tegenover het Berlaymont, schittert onder zijn tooi van hout en glas

het stenen gebouw van de résidence palace, vernieuwd en naar zichzelf gekeerd: de

panelen van de nieuwe gevel, opgetrokken tussen de gebouwen van de Wetstraat,

lijken op een enorme kist, met door zijn vakwerk van houten stijlen en dwarsliggers

heen een kostbaar meubelstuk van honderdveertig voet hoog, zoals beschreven in

een reis naar Brobdingnag. [Jonathan Swift, Travels into Several Remote Nations of

the World, in Four Parts. By Lemuel Gulliver, First a Surgeon, and then a Captain of

several Ships (1726); Ned. titel: Gullivers reizen: Een reis naar Brobdingnag].

Het raamwerk van vensters, gebruikt als motief en als hoofdmateriaal, ontgroeit zijn

huishoudelijke schaal tot een dimensie van kolossale orde en ontpopt zich als een

gordijn van een podiumkooi. Het patchwork van de zowat drieduizend oude ramen is

geordend volgens een doorlopend stramien dat de elf verdiepingen van het gebouw

onderstreept en orde brengt in het mozaïek van aansluitende panelen. Bij een eerste

contact met deze fantastische gevel onderscheidt men een architectuur die twee

fundamentele registers combineert: dat van de ambachtelijke taal van de ‘mens als

maker’ [richard Sennett, The Craftsman (2009); Ned. titel: De ambachtsman, 2008]

en dat van een creatieve orde van het hoogste niveau. Het houten frame en de gla-

zen invulling worden, op 2,70 m, aan de achterkant van het gevelontwerp herhaald

in een tweede wand, gemaakt van een dragende structuur en een dubbele beglazing

als schild, volgens de veiligheidsvoorschriften van de Europese executieve. De ruimte

tussen de verticale vlakken van de dubbele façade vergemakkelijkt de warmteregeling

Een vissersboot, de eiken spoorwegbiels

De van wijn doordrongen vaten, de handvatten

van werktuigen, de ploeg, de gitaar, het harsloze hout

gevlekt door gebruik in de vuist: van dat secundaire

materiaal moet het altaar worden gebouwd.

Erri de Luca

“Legno”, L’Ospite incallito

EEN PATChwORk

76 eUrOPA

Uitzicht op de gevel van de wetstraat vanaf de Karel de Grotelaan, 2013.

EEN PATCHWORK

77eUrOPA EEN PATCHWORK

94 eUrOPA

Uitzicht op de va-et-vient-ruimte, 2013.

DE TUSSENRUImTE VOOR VA-ET-VIENT

95eUrOPA

2013.09.05

een civiele orde en een centrale institutionele rol, ondanks het respect voor de rooilijn

en de verplichte opname in het bestaande gebouw. philippe Samyn geeft het volmon-

dig toe: het bouwterrein voor de nieuwe zetel is bescheiden, weinig passend zelfs. Hij

ziet er de wil in van de Belgische staat en de Europese unie om de zetel zonder veel

ophef te bouwen, zonder ensceneringen zoals die in het verleden van het Brusselse ur-

banisme schering en inslag waren om te voldoen aan de bouwwoede van de Europese

instellingen.

Achter de gevels van patchwork omringt een hoog atrium dat deel van het gebouw

dat voor conferenties en ceremoniële gebeurtenissen is bestemd. Dat gedeelte rust op

de manier van een halfzuil op de gereconstrueerde verdiepingsvloeren van het oude

gebouw. Het atrium omringt, net zoals het zelf ook wordt omringd. Het is een lege

ruimte onder glazen wanden die de tussenruimtes tussen de componenten van het

ontwerp meer luister verleent. ze maakt deel uit van de typologische geschiedenis van

het moderne atrium. Door de inplanting langs een grote weg, het kubusachtige volume,

het profiel van een doorzichtige dubbele gevel haaks op de weg en de hoogte (elf ver-

diepingen boven het straatniveau) doet het silhouet van het volledige gebouw, ondanks

alle ver-schillen, denken aan de Ford Foundation van Kevin roche, John Dinkeloo &

Associates (1968) in New York [zie de kritische herwaardering van dat gebouw, recen-

telijk geschreven door architect Lebbeus Woods: http://lebbeuswoods.wordpress.

com/2011/02/27/rethinking-roche/]. De bouwkeuzes zijn niet dezelfde: in New York

bestaat de bekroning uit een massief entablement, in Brussel uit een pergola en een

rooster van zonnepanelen. Geen enkel recuperatiemateriaal mocht met zijn oude be-

koring of zijn poëtische composiet de puriteinse gevels van het New-Yorkse gebouw

verrijken. Dat neemt niet weg dat beide instellingen allebei een lantaarn zijn op de hoek

van de straat en ze hun respectieve binnenruimtes een stedenbouwkundige schaal-

grootte bieden die gunstig is voor de dialoog met de nabije omgeving. Afgezien van die

gelijkenissen qua omvang en inplanting zijn de verschillen evident: het door philippe

Samyn ontworpen gebouwverheft zijn binnengevels noch balkons boven de centrale

vide. Het laat veeleer zijn atrium schitteren vanaf een spilvoorwerp – een van ruiten

voorzien plein ontvouwt zich rond een centrale ronde ruimte die de orthogonaliteit

en de verticale val van de perifere gevels breekt. Het atrium dient als ontvangst- en

verbindingsruimte, in een compositie die de boog van een ovaal in het vierkante plein

binnenloodst.

De dubbele glasgevel beschermt deze uitgestrekte lobby tegen de overlast van de

straat, zonder er evenwel visueel van gescheiden te zijn. De stedelijke continuïteit botst

hier met de afwijking van het thema van het atrium, zoals dat steeds het geval is als

een lege binnenruimte gevangen wordt in gebouwen die hermetisch afgesloten zijn.

rem Koolhaas onderstreepte onlangs de nefaste rol van de atriums ontworpen door

John portman in Atlanta (Georgia): in plaats van het gebouw een opening te bieden

voor lucht en licht, is het atrium er een afgesloten vide geworden, ‘verzegeld voor de

werkelijkheid’ (sealed against the real), met andere woorden ondoordringbaar voor elk

stadsleven. De atriums van de luxehotels, de condominiums en de winkelcentra: ze

zijn een ersatz voor een centrale plek, een desintegratie van de stad ten gunste van

monsterlijke architectonische isolaten: ‘Hoe ambitieuzer die autonome vormen’, schrijft

Koolhaas, ‘hoe meer ondermijnen ze de echte centra – hun wanorde, hun complexi-

teit, hun ongeregeldheden, hun drukte, hun etnische verscheidenheid’ [‘Atlanta’, in rem

Koolhaas et al., SMLXL, 1995, p. 843].

de gevels van Het atrium

De gevels van het atrium omsluiten het

bestaande gebouw in L-vorm als een

kubus. Ze bestaan uit een dragende bin-

nengevel en een buitengevel die eraan

is opgehangen. De gevel rust slechts op

zijn uiterste punten aan de kant van de

Wetstraat. Met een spanwijdte van 48,6 m

draagt hij eveneens een deel van de vloer

van de benedenverdieping, die onafhan-

kelijk is van het dak van de tunnel. De

gevel bestaat uit rechthoekige modules

van 5,40 m lang bij 3,54 m hoog, met

andreaskruisen. Die geometrie genereert

een zeer hoge graad van hyperstaticiteit

die de gevel erg strak doet ogen omdat

het geheel, van gereconstrueerde profie-

len met een uniforme diepte van 30 cm,

volledig gelast is. De hoogst mogelijke

lichtheid wordt bereikt door zowel de

dikte van de platte staven als de breedte

van de profielen te variëren in functie van

de belasting die ze moeten overnemen.

Dat maakt het mogelijk het traject van

de krachten in de stalen constructie te

lezen. De binnengevel aan de kant van

het Justus Lipsius rust op zeven zuilen.

Bij een ontploffing kan eender welke van

die zeven wegvallen zonder invloed te

hebben op de stabiliteit van het geheel.

Dr Ir PHiLiPPe SAmyn

DE TUSSENRUImTE VOOR VA-ET-VIENT

104 eUrOPA

Uitvoeringsmodel in 3D van de belangrijkste stalen geraamtes, 2012.

DE TUSSENRUImTE VOOR VA-ET-VIENT

105eUrOPA DE TUSSENRUImTE VOOR VA-ET-VIENT

118 eUrOPA

2012.06.01

GLAZEN ELLIPSEN

119eUrOPA GLAZEN ELLIPSEN

128 eUrOPA GLAZEN ELLIPSEN

Afbeelding van de binneninrichting van de vergaderzaal op de 5de verdieping van de lantaarn, 2012-2013.tapijt, fries en plafond door Georges meurant.

129eUrOPA GLAZEN ELLIPSEN

154 eUrOPA

Dwarsdoorsnede in perspectief, 2012.

GLAZEN ELLIPSEN

155eUrOPA GLAZEN ELLIPSEN

174 eUrOPA HET AëRAULISCHE HART

3D-model van het ventilatiesysteem van de lantaarn. Bovenaanzicht. Aangevoerde lucht (rood) en afgevoerde lucht (blauw), 2012.

La analogía de la torre con un cuerpo de sangre caliente es… una acertada manera – sin introducir alusión ni emblema algunos, sin recurrir a códigos más o menos secretos o a símbolos da significado conocido – de utilizarla como alegoría de una sociedad en trance de morir; pues si una sociedad es un conjunto limitado de hombres unidos por ciertos vínculos, nada parece más ajustado que simbolizarla como un cuerpo constituido a grandes rasgos de la misma naturaleza que el del hombre – esto es, de carne –, que se adapta a la forma de lo primero que hace el hombre cuando vive bajo su leyes: el edificio.[Babel]… de Cujas ruinas saldría la diversidad de lenguas y pueblos y, por consiguiente, de dioses. Una vuelta a los dioses departamentales, mucho más atentos – por especializados – a los destinos humanos…

Juan Benet

La construcción de la torre de Babel

175eUrOPA

6

HET AëRAULISCHE HART

‘Engineering is geen wetenschap. op zijn best is het een kunst, op zijn slechtst een

techniek!’. philippe Samyn, architect en ingenieur, wikt zijn woorden. zijn ervaring als

bouwmeester, zijn dialoog met de ingenieurs, de industrieleiders en de certificaat-

instellingen; zijn jarenlange interesse voor de standaardisering van procedures binnen

zijn eigen agentschap; zijn verknochtheid aan het idee van efficiency, van een globaal

architecturaal design dus in tegenstelling tot de louter technische prestaties: het zijn

allemaal troeven die hem helpen om tijdens elke fase van het ontwerp de beste ge-

bruikskwaliteiten voor het gebouw EuropA aan te voelen. De architect houdt in zijn

achterhoofd het idee vast dat elk gebouw van enige omvang een prototype is; en dat

het bij gebrek aan herhaling of beproefde modellen het bouwplan is dat helpt de kennis

te bundelen, de overdracht te vergemakkelijken en de operationele capaciteiten van een

team ten opzichte van de nieuwigheid van elk project te verbeteren en te perfectioneren.

‘Het kwaliteitsniveau van het ontwerp verbeteren’: dat betekent dat de architect de eind-

verantwoordelijkheid niet aan iemand anders overdraagt; dat hij waakt over de uitdie-

ping, de authenticiteit, de homologatie en de archivering. Het plan is de waarborg voor

de juistheid van de kunde. Die moraal is des te noodzakelijker omdat de technische lo-

gica zich spontaan, lukraak hecht aan voorwerpen of deelsystemen, zich losmakend van

de architectuur. zonder twijfel is dat een van de origineelste overwinningen van de mo-

derne bouwkunde: het integreren van alle technische functies in de gebouwde vorm.

Maar vormen en functies knopen onderling virtueel tegenstrijdige betrekkingen aan: de

architectuur wordt er gedwongen tot een veeleisende diplomatie; ze speelt haar rol door

haar verstandige aanpak van conflicten in de bebouwde ruimte.

De analogie van de toren met een warmbloedig lichaam is…

een geslaagde manier om – zonder allusie of embleem te

introduceren, zonder zijn toevlucht te nemen tot min of meer

geheime codes of bekende symbolen – een allegorie van een

stervende samenleving uit te werken; want als een samen-

leving bestaat uit een beperkte verzameling mensen met

welbepaalde banden, dan lijkt het niet meer dan gepast ze te

symboliseren door een lichaam dat in grote trekken gemaakt

is van hetzelfde materiaal als de mens – vlees – en dat de vorm

aanneemt van het eerste wat een mens optrekt als hij volgens

de wetten van die maatschappij leeft: een gebouw.

[Babel]… uit wiens ruïnes een diversiteit van talen en volkeren

en bijgevolg goden zou ontstaan. Een terugkeer naar de depar-

tementale godheden, met meer aandacht – want deskundi-

ger – voor het lot van de mensen…

Juan Benet

La construcción de la torre de Babel

hET AëRAULISChE hART

220 eUrOPA

2012.08.03

WERKZAAmHEDEN IN UITVOERING

221eUrOPA WERKZAAmHEDEN IN UITVOERING

246 eUrOPA

2013.11.06

WERKZAAmHEDEN IN UITVOERING

247eUrOPA WERKZAAmHEDEN IN UITVOERING

PhiliPPe Samyn is burgerlijk bouwkundig

ingenieur, architect, stedenbouwkundige

en master in de toegepaste wetenschappen.

in 1980 richtte hij het architecten- en

ingenieursbureau Philippe Samyn and

PartnerS op.

Jean attali, doctor in de filosofie,

doceert stedenbouwkunde en stadsontwik-

keling aan de ecole nationale supérieure

d’architecture Paris-malaquais.

Europa is gebouwd als zetel voor de Europese raad. Hier zullen in de toekomst de

‘Europese toppen’ plaatsvinden: de regelmatige ontmoetingen tussen staatshoofden

en regeringsleiders van de achtentwintig lidstaten van de Europese unie. Europa zal

ook de nieuwe zetel zijn voor de raad van de Europese unie, de echte ‘ministerraad’

waarin de regeringsleden van de verschillende lidstaten samen overleggen.

Europa is een nieuw gebouw. Het integreert de beschermde gevels van de voor-

malige résidence palace, in 1927 gebouwd door Michel polak, in een architecturaal

hoogstaande nieuwbouw in het hart van de Europese wijk, een plaats die zindert

van de dringendste bekommernissen van vandaag, zowel op democratisch als op

ecologisch vlak.

Het ontwerp van dit nieuwe geheel, dat blijk geeft van enorme technische en artis-

tieke virtuositeit, verdiende het om beschreven en toegelicht te worden nog voor het

gebouw wordt opgeleverd: dit boek is dus zowel een analyse van een project als het

verhaal van een grote bouwwerf.

ww

w.la

nn

oo

.co

m