Embed Size (px)
Citation preview
Word orderwoordvolgorde
Learn you shall wordorder.
Attention thereforeyou must pay.
word orderwoordvolgorde
Exercise 1: Zet de volgende zinsdelen in de juiste volgorde:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
the first roller coaster – in Russia – was built – in
never - he – that day – told – April – have – about
as built – the highest roller coaster – in 2000 – in
the 15th century
– in – her – should
the USA
Madrid – opened – in 2002 – the world’s biggest theme park
met – her – ago – boyfriend – a – I – days – few
year – spend – where – Christmas – does – Terry – to – next – ? – want
went – Dublin – we – pub – Saturday – out – every – to – in – a
word orderwoordvolgorde
Exercise 1: Zit de volgende zinsdelen in de juiste volgorde:
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
The first Rollercoaster was built in Russia in the 15th century.
He should have never told her about that day in April.
The highest roller coaster was built in the USA in 2000.
The world’s biggest theme park opened in Madrid in 2002
I met her boyfriend a few days ago.
Where does Terry spend Christmas next year?
We went out to a pub in Dublin every Saturday.
word orderwoordvolgorde
Houd rekening met:
- Bijwoorden van frequentiealways, sometimes, never, rarely, on occasion, now and then
- Bijwoordelijke bepalingen van tijd en plaatsze geven antwoord op de vraag Waar? en Wanneer?
You can always find them on a basketball court in the weekends.
He rarely works at the office on Fridays.
At home we never talk work.
Last year I hardly ever saw an accident happen.
word orderwoordvolgorde
-Plaats in de zin van bijwoorden van frequentiealways, sometimes, never, rarely, on occasion, now and then
Voor het hoofdwerkwoord:
I always travel by myself.
Tyson should sometimes try to listen more carefully.
We can never go back to that place.
Achter het werkwoord to be:
I am rarely on time for rehearsel.
It is never too late to give someone a second chance.
They are always playing videogames.
word orderwoordvolgorde
- Plaats in de zin van bijwoorden van frequentie(always, sometimes, never, rarely, on occasion, now and then)
Achter het hulpwerkwoord, bij meer dan twee werkwoorden:
I should always have trusted your loyalty.
It may never have happened if it wasn’t for you.
They could sometimes be calling for help.
word orderwoordvolgorde
- Bijwoordelijke bepaling van tijd en plaatsMeestal achteraan in de zin. Bepalingen van tijd mogen ook vooraan, als je iets
wilt benadrukken, niet als het een vraag is! Staan ze allebei in de zin; eerst
plaats, daarna tijd.
The United States of America have been independent since 1776.
Last year we went on holiday to Spain.
The Lakers became champions in Los Angeles in 2009.
word orderwoordvolgorde
Elke zin heeft een volgorde van woorden.
Niet elke zinuit meer dan
bevat al deze onderdelen en een zin kan ook bestaandeze 5 onderdelen.
My mom is always on time.
Our neighbours are hardly ever at home in the weekends.
Shall we meet in Rome in front of the station near the restaurant?
Last year we went to see David Copperfield.
onderwerp werkwoord(en) meew./lijd. plaatsbepaling tijdsbepaling
voorwerp
William plays golf at the club on Saturdays.
She travels the world in 40 days.
We met them on holiday.
word orderwoordvolgorde
Vragen en ontkenningen (questions and negations)
-hulpwerkwoord – onderwerp –werkwoord(en) – rest van de zin?
Ex.: Should he tell you everything? / Should he have told you everything?
-vorm van to do – onderwerp – werkwoord(en) – rest van de zin?
Ex.: Did you see him at Ted’s last night?
-WH-question word – werkwoord – onderwerp – werkwoord(en) - rest van de zin?
Ex.: Why is your father always acting weird?
-onderwerp – hulpwerkwoord – not – werkwoord(en) – rest van de zin.
Ex.: Gerard and Mike cannot sit still whenever the teacher is explaining grammar.
-onderwerp – to do – not – werkwoord(en) – rest van de zin.
Ex.: He doesn’t like it when his sister has friends over.
word orderwoordvolgorde
Waar moet je op letten bij het ‘bouwen’ van een Engelse zin?
word orderwoordvolgorde
Vertaal onderstaande zinnen naar het Engels.
1.
2.
3.
4.
5.
Hij is nooit alleen thuis.
We zagen hem gisteren bij de bioscoop.
Zij lopen altijd samen naar huis.
Laten we in Amsterdam afspreken bij het station.
Ik doe vaak meteen na school mijn huiswerk.
word orderwoordvolgorde
1. Hij is nooit alleen thuis.He is never home alone.
2. We zagen hem gisteren bij de bioscoop.
We saw him at the cinema yesterday.
3. Zij lopen altijd samen naar huis.
They always walk home together.
4. Laten we in Amsterdam afspreken bij het treinstation.
Let’s meet in Amsterdam at the trainstation.
5. Ik doe vaak meteen na school mijn huiswerk.
I often do my homework straight after school.
Vertaal onderstaande zinnen naar het Engels.
