23
Juni 2013 ArchiDoc NEWS Uitgave van de Archief- en documentatiedienst van de Directie-generaal Oorlogsslachtoffers

Archidoc News, n°8

Embed Size (px)

DESCRIPTION

Nederlandstalig

Citation preview

- PB -

Juni 2013

ArchiDoc NewsUitgave van de Archief- en documentatiedienst van de Directie-generaal Oorlogsslachtoffers

SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
8
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text
SNB
Typewritten Text

- PB -

ArchiDoc NEWSUitgave van de Archief- en documentatiedienst van de Directie-generaal Oorlogsslachtoffers

- PB -

OP HET SPOOR VAN DE ONDERGEDOKEN KINDEREN

- PB -

OP HET SPOOR VAN DE ONDERGEDOKEN KINDEREN ARCHIEVEN ONTCIJFEREN

Het Joods Verdedigingscomiteit (JVC) werd in 1942, in volle oorlogstijd, opgericht met als doel de Joden te behoeden voor deportatie. Er werden netwerken gecreëerd om kinderen en volwassenen te verbergen, er werd een clandestiene pers opgestart om de families op de hoogte te houden, en er werden fondsen ingezameld door middel van valse documenten1.

Informatie over ondergedoken personen op papier zetten vereiste echter de grootste omzichtigheid. Hun identiteit, die van hun gastheer of -vrouw en hun schuilplaats moest immers zo goed mogelijk worden geheimgehouden. Vorsers of de familieleden van slachtoffers die vandaag een spoor van deze mensen willen terugvinden, zullen dan ook het nodige speurwerk moeten verrichten.

1 Voor wie meer wil weten over het Joods Verdedigingscomiteit: L. STEINBERG, Le Comité de Défense des Juifs en Belgique, Brussel, Editions de l’Université de Bruxelles, 1973.

- PB -

2 Het Onafhankelijkheidsfront had als hoofddoel de bevolking te verenigingen in de strijd tegen de bezetter en de collaboratie, de nationale opstand voor te bereiden en de vrijheden te verdedigen.

3 Het AIVG, opgericht op 11 oktober 1944 en opvolger van het JVC, was bedoeld om de Joden na de oorlog te helpen en de kinderen die ondergedoken hadden geleefd, te beschermen.

Foto: Schrift C, met de code van de instelling, de code en schuilnamen van de kinderen, SVG-DOS

Het Joods Verdedigingscomiteit was een tak van het in maart 1941 opgerichte onafhankelijkheidsfront2, dat als koepel fungeerde voor verschillende solidariteitsgroeperingen binnen de Weerstand. Het JVC en zijn opvolger – de Aide aux Israélites Victimes de la Guerre (AIVG)3– hebben op die manier heel wat archieven verzameld. Deze hebben hoofdzakelijk betrekking op kinderen en de hulp die hen na de oorlog werd geboden. Samen vormen deze een fonds dat in juni 1973 door het Joods Verdedigingscomiteit aan de DG Oorlogsslachtoffers werd overgedragen om de bewaring ervan te waarborgen en om raadpleging en historisch onderzoek mogelijk te maken. Sedertdien wordt het regelmatig gebruikt om attesten op te stellen met de schuilplaats en –periode van de ondergedoken kinderen.

VAN 1942 TOT HEDEN

- 6 -

- PB -

Het fonds bestaat uit twee originele series: de fiches en de boekjes. De fiches zijn grotendeels opgesteld onder de valse naam van het kind en vermelden op de voorzijde gecodeerde gegevens zoals het nummer dat was toegewezen aan de instelling of het tehuis waar het kind was geplaatst alsook de toegangsdatum. Op de achterzijde staan de betalingsperiodes. Deze betalingen waren bedoeld voor het dagelijkse onderhoud van het kind en werden als vergoeding betaald aan de instelling of het gastgezin.

De DG bezit 26 boekjes, waarvan 17 uniek (sommige sub-series tellen twee of drie boekjes) en waarvan er tijdens de oorlog 7 gebruikt zijn om de gegevens van de kinderen bij te houden.

Om te voorkomen dat de bezetter de kinderen zou vinden of hun schuilplaats zou kunnen opsporen, werd de informatie in deze boekjes door Esta Heiber 5

opgetekend aan de hand van codes.

Enkel door de boekjes naast elkaar te leggen kan met de link reconstrueren tussen de code en de ware identiteit van het kind, de verschillende onderduikadressen en het adres van de ouders vóór hun deportatie. Zo vermeldt boekje A de reële identiteit van het kind en de code die aan het kind is toegekend. In boekje C staan de code en het adres van de instelling alsook de codes van de kinderen die op deze locaties zijn ondergebracht. Boekje F vermeldt dan weer de code van

ONTCIJFEREN VAN FICHES EN BOEKJES

4 Daarnaast vinden we in de fiches van het JVC

informatie die na de oorlog door het AIVG is

toegevoegd.

5 Estera Fajersztejn, geboren op 11 mei 1903,

stichtend lid van het JVC, was de echtgenote van

Maurice Heiber, chef van de jeugdafdeling van het

JVC en directeur van de Vereniging van Belgische Joden. Estera Heiber was

van 14 mei 1943 tot 11 januari 1944 opgesloten

in Kazerne Dossin te Mechelen.

- 7 -

- PB -

het kind samen met het adres waarop het woonde vóór het onder de hoede van het JVC kwam. Na de oorlog zijn deze boekjes zeer nuttig gebleken om kinderen te herenigen met hun ouders of om hun familie terug te vinden.

Overigens werd dit systeem ook na de oorlog nog door de AIVG gebruikt voor het plaatsen van verweesde kinderen in homes tot ze meerderjarig waren. Zo bevatten de boekjes met letters H tot R – met uitzondering van N – bijvoorbeeld gegevens over de identiteit van de kinderen en het adres van de instelling of het gezin waar ze werden ondergebracht.

Foto: Home AIVG ‘des Hirondelles’, privébezit Annie Sliwka

- 8 -

- PB -

De fiches werden in 1998 gedigitaliseerd. In 2012 waren de boekjes van het JVC en de AIVG aan de beurt. Bovendien werden ze verpakt in speciaal bewaringsmateriaal. Er werd een nieuwe inventaris opgesteld. Door de veelvuldige raadpleging voor het opstellen van attesten “ondergedoken kind” bevonden de stukken zich in vergevorderde staat van aftakeling. Dankzij de digitalisering hoeft men niet meer terug te gaan naar de originele documenten, zodat hun conservatie wordt gewaarborgd.

De gegevens van de boekjes worden momenteel gecodeerd. Alle boekjes die tijdens de oorlog werden gebruikt, zijn inmiddels gedigitaliseerd. De gegevens over de Joodse kinderen werden in een centrale databank gestopt en gekruist met de gegevens uit andere bronnen waarover de dienst beschikt (bestand over de vervolging en deportatie, persoonlijke dossiers, algemene documentatie). Het was immers de bedoeling om de gegevens aan te vullen en te controleren en om voor elk kind een zo volledig en correct mogelijk traject op te stellen. Aan de hand van deze databank zal ook op geschiedkundig en statistisch vlak vooruitgang kunnen worden geboekt6.

Omwille van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer zullen de boekjes en fiches uiteraard enkel kunnen worden geraadpleegd door de slachtoffers of, indien deze overleden zijn, door hun naaste familieleden. Onderzoekers die verbonden zijn aan een wetenschappelijke instelling en studenten krijgen toegang op vertoon van een aanbevelingsbrief van hun instelling en een machtiging van het slachtoffer of zijn of haar familie. Aangezien de informatie in de fiches en de boekjes gecodeerd is, vergt de raadpleging ervan de nodige toelichting door mensen van de dienst.

BEWARING, DIGITALISERING EN CODERING

6 Na verwerving van het fonds heeft de dienst

bijkomende initiatieven genomen om de fiches

en boekjes beter te begrijpen. Ondanks het

onderzoekswerk dat vandaag door de dienst

wordt verricht, blijven bepaalde gegevens (bv.

codes, onderduikperiodes) echter een raadsel.

- 9 -

- PB -

EERSTE HULP VOOR OORLOGSSLACHTOFFERS

PARTICULIER FONDS

DE DOSSIERS VAN DE ‘REGERINGSHULP AAN POLITIEKE GEVANGENEN’ De archieven van de DG Oorlogsslachtoffers omvatten een fonds dat al te vaak uit het oog wordt verloren: de dossiers van de “Regeringshulp aan politieke gevangenen”, samen goed voor bijna 120 strekkende meter. Het bevat een dubbele reeks individuele dossiers en werpt een blik op de eerste hulp die werd geboden aan oorlogsslachtoffers en hun naasten. Dit fonds bestaat uit documenten die werden opgesteld kort na de bevrijding van het land en nog voor de goedkeuring van de statuten van nationale erkentelijkheid. Hoewel deze documenten vaak overlappen met andere, recentere dossiers, blijken ze toch van groot belang.

Afgaand op de eerste wetteksten die aan de basis liggen van de hulp die vanaf het einde van de bezetting wordt

- PB -

verstrekt, kunnen we besluiten dat er op dat moment weinig structuren bestaan. Er is enkel een systeem van ‘ad hoc’ maatregelen, eenmalige en maandelijkse toelagen, en een tijdelijke, telkens hernieuwde steun. Heel wat mensen waren het nochtans erover eens dat wie voor België had geleden door het land schadeloos moest worden gesteld. De concrete uitwerking van deze idee bleek echter hoegenaamd geen sinecure.

Welke categorie van slachtoffers verdient een schadevergoeding, en in welke vorm? Wie beslist dat een persoon al dan niet recht heeft op een schadevergoeding?

Door de instabiliteit van de naoorlogse politieke situatie, en gezien de soms tegengestelde belangen van bepaalde groepen van mensen, duurde het een hele tijd alvorens er een definitieve oplossing werd gevonden. De mensen die naar hun land waren teruggekeerd en nog steeds in grote nood verkeerden, werden achtervolgd door onzekerheid en rantsoenering. Voedsel was zeer duur en tal van gezinnen van politieke gevangenen kampten, nu ze een kostwinner waren verloren, met enorme moeilijkheden. Onmiddellijke hulp bleek met andere woorden absoluut noodzakelijk. Het definitieve kader kon wachten tot later.

- PB -

7 Instituut voor Veteranen - Nationaal Instituut voor Oorlogsinvaliden, Oud-strijders en Oorlogsslachtoffers

Foto: Politieke gevangenen bevrijd uit Buchenwald, collectie SVG-DOS

De hier beschreven dossiers zijn dus niet afkomstig van de huidige DG Oorlogsslachtoffers, maar van de dienst ‘Regeringshulp aan politieke gevangenen’ (meestal aangeduid als ‘SAG’, naar de Franstalige benaming van de dienst: ‘Service Aide Gouvernementale’). Het Nationaal Werk voor oorlogsinvaliden (NWOI) was bevoegd voor de uitvoering van de steunmaatregelen. Deze voorloper van het huidige IV-NIOOO7 werd opgericht in 1938 en bekommerde zich in eerste instantie om de slachtoffers van de Eerste Wereldoorlog. Eens het wettelijk kader was vastgelegd (december 1944), kwam de hulpverstrekking snel op gang: de aanvragen kwamen binnen vanaf de tweede helft van december 1944 en de eerste uitkeringen werden verricht in 1945. Er werd nog geen onderscheid gemaakt tussen politieke gevangenen en verplicht tewerkgestelden.

DE REGERINGSHULP AAN POLITIEKE GEVANGENEN

- 12 -

- PB -

DE REGERINGSHULP AAN POLITIEKE GEVANGENEN

Het NWOI maakte voor de aanvragen gebruik van standaardformulieren die door zijn plaatselijke afdelingen werden verdeeld. Naast de gegevens van de aanvrager moest op deze formulieren ook zo veel mogelijk informatie over de verdwenen persoon worden ingevuld: wanneer werd hij gearresteerd? Werd hij veroordeeld? Kent men zijn verblijfplaats in Duitsland? … Op de rugzijde van het formulier was plaats voor eventuele opmerkingen van de gemeentelijke administratie of de lokale politie. Deze stonden in voor het goede gedrag van de aanvrager tijdens de bezetting.

Toch was het onmogelijk vast te stellen of een aanvraag wel gegrond was. In heel wat gevallen wist de familie zelf nauwelijks waar de betrokkene verbleef. Was de verdwenen persoon tewerkgesteld, kon men zelfs niet achterhalen of dit gedwongen of op vrijwillige basis was gebeurd. Deze controle is er pas veel later gekomen. Ten onrechte uitgekeerde bedragen werden teruggevorderd. De controle van de dossiers was einde jaren 1950 nog niet afgerond.

Voor een juiste situering van deze dossiers is nog verder onderzoek nodig. Het is dan ook de bedoeling verder te gaan op deze weg. Het SAG dossier kan zeer belangrijke informatie bevatten, vooral over personen voor wie geen statuut van nationale erkentelijkheid werd aangevraagd.

EEN BLIK OP DE FORMULIEREN

- 13 -

- PB -

STATUTEN NATIONALE ERKENTELIJKHEID

POLITIEKE GEVANGENEN Kort na de bevrijding bracht België hulde aan de personen die tijdens de oorlog geleden hadden onder de verschrikkelijke omstandigheden en die zich op verschillende vlakken verdienstelijk hadden gemaakt. Niet alleen de militaire verdiensten werden gehuldigd, maar ook de vaderlandslievende oorlogsbijdragen van de burgers werden officieel gewaardeerd.

Burgers die zich tijdens de oorlog 1940-1945 op vaderlandslievend gebied verdienstelijk hebben gemaakt of die een invaliditeit wegens een oorlogsfeit hebben kunnen hiervoor een statuut van nationale erkentelijkheid bekomen.

- PB -

STATUTEN NATIONALE ERKENTELIJKHEID

Dit was zeker de hoofdopdracht van de DG Oorlogsslachtoffers tijdens de naoorlogse jaren: naast een erkend statuut hadden de allerarmsten ook financiële en zelfs morele bijstand nodig. Dit gold met name voor de politieke gevangenen, personen die in de loop van de oorlog 1940-1945 een regime van hechtenis of internering hebben gekend in gevangenissen of concentratiekampen, waarvan de duur ten minste dertig opeenvolgende dagen bedroeg, en waarbij deze vrijheidsberoving uitging van de vijand of van personen die zijn politiek dienden of zijn doeleinden nastreefden. Een uitzondering op de voorwaarde van die periode van dertig opeenvolgende dagen vrijheidsberoving wordt gemaakt voor hen die tijdens hun opsluiting het voorwerp geweest zijn van zware mishandelingen of voor hen die door de vijand ter dood veroordeeld werden en voor hen die na aanhouding door de vijand of tijdens hun opsluiting door de vijand ter dood werden gebracht.

Het koninklijk besluit van 16 oktober 1954 coördineert alle wettelijke bepalingen betreffende het statuut van de politieke gevangenen en hun rechthebbenden.

- PB -

Vandaag beschikt de DG Oorlogsslachtoffers over ongeveer 59.000 dossiers van politieke gevangenen, en als tijdsdocumenten zijn ze onovertroffen. Ze bevatten authentieke stukken, getuigenissen opgesteld als proces-verbaal, brief of Duitse documenten. Tevens bieden zij een massa informatie over de context van de arrestaties, de levensomstandigheden in de gevangenissen en kampen,

de verdiensten van de ene, het verraad van de andere, en de angst van iedereen.

DOOR VELE HANDEN

Foto: Concentratiekamp Sachsenhausen, collectie SVG-DOS

- 16 -

- PB -

Foto : Collectie SVG-DOS

De dossiers van politieke gevangenen werpen ons terug in de ervaringswereld van het individu en zijn omgeving. Het papier is oud, bestoft en zichtbaar door vele handen gegaan: die van de gevangene, een SS-er, een kameraad, het Rode Kruis en van al die onbekenden die er jarenlang zorg voor hebben gedragen om het aan ons over te leveren in de hoop dat zoiets nooit meer opnieuw zou gebeuren.

- 17 -

- PB -

BONNEUX Paul, De Tweede Wereldoorlog in Groot-Herk 1939-1945. Groot-Herk : Geschiedkundige Kring Groot-Herk, 2012

BOUDIN Hugh Robert, La croix et la bannière : les Protestants et les Anglicans en Belgique face à l’Occupation 1940-1944. – Bruxelles : Ed.PRODOC - PROMU Uitgaven, 2012

BRAEM Rik, 1914-1918 Wervik-Geluwe. – Wervik : Stad Wervik, 2011

CAERELS Maarten, In de schaduw van de oorlog : Loppem tijdens WOII. - [S.l.] : [S.n.], 2011

CAESTECKER Frank, De individuele vreemdelingendossiers afkomstig van de Openbare Veiligheid (Vreemdelingenpolitie) (1835-1943). – Brussel : Algemeen Rijksarchief, 2009

CAESTECKER Frank, Individual files on foreigners opened by the Sûreté publique (Police des étrangers) (1835-1943). – Brussels : National Archives and State Archives in the Provinces, 2011

CAESTECKER Frank, Les dossiers individuels des étrangers produits par la Sûreté publique (Police des Etrangers) (1835-1943). – Bruxelles : Archives Générales du Royaume (A.G.R.), 2009

CENTRE DE RECHERCHES ET D’ETUDES HISTORIQUES DE LA SECONDE GUERRE MONDIALE (C.R.E.H.S.G.M.), Le Centre de recherches et d’études historiques de la seconde guerre mondiale : organisation, activités, réalisations. – Bruxelles : J. Vanwelkenhuyzen, 1987

RECENTE AANWINSTEN

- 18 -

- PB -

RECENTE AANWINSTEN CEUNEN Marika, Eeuwenlang verbonden : 750 jaar stedenband Leuven - ‘s-Hertogenbosch. Leuven - ‘s-Hertogenbosch : Stichting Comité Leuven - ‘s-Hertogenbosch, 2012

CHARLES Jean-Léon, Les débuts de la résistance en Europe. – Bruxelles : Editions C.I.R., 1966

COMITÉ…, Le Comité international de la Croix-Rouge. - [Genève] : [S.n.], [S.d.]

COMITÉ INTERNATIONAL DE LA CROIX-ROUGE, Documents sur l’activité du Comité international de la Croix-Rouge en faveur des civils détenus dans les camps de concentration en Allemagne (1939-1945). – Genève : Comité International de la Croix-Rouge, 1947

DE CLERCQ Sulotta, De gedeporteerde arbeider : held of slachtoffer ? Een studie naar de nationale erkenning van de Belgische gedeporteerde arbeiders in de naoorlogse periode 1918-1926. – Gent : Universiteit Gent, 2012. - Master in Geschiedenis

DE COSTER Gerd, Inventaires 27. Archives Louise de Landsheere. – Bruxelles : Centre de Recherches et d’Etudes Historiques de la Seconde Guerre Mondiale (C.R.E.H.S.G.M.) , 1992

DE COSTER Gerd, Inventarissen 28. Duitse organisaties en instellingen in België (1933-44). – Brussel : Navorsings- en Studiecentrum voor de Geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog (N.S.G.T.W.), 1993

DE LAVELEYE Valentine, Victor de Laveleye : un destin inachevé. - [S.l.] : [S.n.], 2003

DE PRINS Gert, Les camps d’internement en France. - Bruxelles : Service des Victimes de la Guerre - Service archives et documentation, 2010

DEVEL Edith, Les Belges dans les camps d’internement japonais en Chine (1941-1945). – Liège : Université de Liège (ULg), 2011. – Mémoire de fin d’études.

- 19 -

- PB -

DOUCHAMPS Olivier, Optimiste à tout cran. – Tarciennes : B. éditions, 2011

DÉMOCRATIE OU BARBARIE, Journée d’études Maxime Steinberg 27 janvier 2011 : lieux de mémoires, lieux d’histoire. Du travail de mémoire au devoir d’histoire. Dossier pédagogique. – Bruxelles : Ministère de la Communauté française - Secrétariat général - Démocratie ou barbarie, 2011

FROM WEIMAR…, From Weimar to Hitler : Germany, 1918-1933. – London : The Wiener library, 1951

GOOVAERTS Stefan, De politie van Deurne 1940-1944 : een casestudie van verzet en collaboratie binnen een korps. – Antwerpen : Universiteit Antwerpen, 2011. - Masterproef Geschiedenis

GUTTSTADT Corry, Die Türkei, die Juden und der Holocaust. – Berlin : Assoziation A, 2008

LAMBIN Hadrien, Démobiliser les corps, démobiliser les esprits. Comment les déportés Arlonais sortent-il de la Grande Guerre ?. – Louvain : Université catholique de Louvain (U.C.L.), 2012. – Mémoire de maîtrise en Histoire

LAMBIN Hadrien, Pour les amis! Pour la patrie! L’espionnage familial pendant la Première Guerre Mondiale. Le cas d’un foyer du Namurois. - Louvain-la-Neuve : Université catholique de Louvain (U.C.L.), 2011. – Travail de séminaire

LANG Hans-Joachim, Die Frauen von Block 10 : medizinische Versuche In Auschwitz. – Hamburg : Hoffman und Campe Verlag, 2011

LEDENT Daniel, Nos prisonniers politiques en Province de Luxembourg - Erezée. - Saint-Hubert : Fondation MERCi, [2012]

LEDENT Daniel, Nos prisonniers politiques en Province de Luxembourg - Libramont. - Saint-Hubert : Fondation MERCi, [2012]

LOTHE Jérémy, Le Grand Rabbin Salomon Ullmann : son action durant la

- 20 -

- PB -

seconde guerre mondiale. – Bruxelles : Université Libre de Bruxelles (U.L.B.), 2011. – Mémoire de Master Histoire

MALL Volker, La promesse est tenue... Nach 65 Jahren des Schweigens : Recherchen und Begegnungen - Auf der Suche nach Überlebenden und Angehörigen des KZ-Aussenlages Hailfingen/Tailfingen. – Gäufelden : KZ-Aussenlager Hailfingen-Tailfingen e.V., 2011

MARTIN Dirk, Guide succinct des sources archivistiques relatives à l’histoire de la guerre et de l’occupation en Belgique. – Bruxelles : Centre de Recherches et d’Etudes Historiques de la Seconde Guerre Mondiale (C.R.E.H.S.G.M.), 1996

MASSON Henri, Inventaires 26. Archives (partielles) de l’UTMI. – Bruxelles : Centre de Recherches et d’Etudes Historiques de la Seconde Guerre Mondiale (C.R.E.H.S.G.M.), 1991

MASSON Henri, Inventaires 30. Service de Renseignements et d’Action dans la région liégeoise : Réseau Zéro, Service D et Groupe G. - Bruxelles : Centre de Recherches et d’Etudes Historiques de la Seconde Guerre Mondiale (C.R.E.H.S.G.M.), 1996

MEINEN Insa, La Shoah en Belgique. – Waterloo : Renaissance du livre, 2012

MICHIELS Marc, Het XXste transport naar Auschwitz : de ongelijke strijd op leven en dood. – Antwerpen : Uitgeverij Manteau, 2012

MINISTÈRE DE L’INTÉRIEUR ET DE LA RECONSTRUCTION, Liste nominative d’actes de décès dont la notification aux administration communales n’a pas su se faire faute d’adresse. – Tournai : [S.n.], 1947

MINISTÈRE DE LA RECONSTRUCTION = MINISTERIE VAN WEDEROPBOUW, Liste nominative d’actes de décès dont la notification aux administrations communales n’a pas pu se faire faute d’adresse = Naamlijst van overlijdensakten die, wegens het ontbreken van een adres, aan de gemeentebesturen niet konden worden bekend gemaakt. - [Bruxelles] : [S.n.], 1948

- 21 -

- PB -

MINISTÈRE DE LA RECONSTRUCTION = MINISTERIE VAN WEDEROPBOUW, Liste nominative d’actes de décès dont la notification aux administrations communales n’a pas pu se faire faute d’adresse = Naamlijst van overlijdensakten die, wegens het ontbreken van een adres, aan de gemeentebesturen niet konden worden bekend gemaakt. - [Bruxelles] : [S.n.], 1951

MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN WEDEROPBOUW, Naamlijst van overlijdensakten die, wegens het ontbreken van een adres, aan de gemeentebesturen niet konden worden bekend gemaakt. – Doornik : [S.n.], 1947

NATH Giselle, 14-18 van dichtbij : inspiratiegids voor lokale projecten over de Grote Oorlog. – Leuven : Acco, 2012

NINANE Jean, 9 août 1944 : les otages d’Esneux au camp disciplinaire de Beeckerwerth. – Esneux : [S.n.], 2012

PHILIPPART Marie-Noëlle, Eté 1942 : des étoiles jaunes à la Dolomie. – Mariembourg : [S.n.], [2012]

RATHÉ Jos, De Duitsers kwamen niet : de lotgevallen van de joodse patiënten in de Geelse Kolonie (1940-1945). – Geel : Uitgeverij MGraphics, 2011

SCHEYS David, De Zwarte Hand : verzetsbeweging Klein-Brabant, Vaartland en de Rupelstreek tijdens de Tweede Wereldoorlog - Nacht und Nebel häftlinge. - [S.l.] : [S.n.], 2012

SCHRAM Frankie, Publicité de l’administration. – Bruxelles : Politeia, 2006

SCHRAM Frankie, (Ré)utilisation des informations du secteur public. – Bruxelles : Politeia, 2010

SINGIZA Dantès, Les Justes parmi les Nations. Histoire et processus mémoriels : Yvonne Nevejean-Feyerick, Famille Alardo, Emile Bleeckx, Pierre et Lambertine Kroonen. – Liège : Université de Liège (ULg), 2011. – Travail de séminaire

- 22 -

- PB -

STIPPELMANS Pierre, Mijn verhaal : 715 dagen in 10 kampen. – Brussel : ASP - Academic and Scientific Publishers, 2012

TALLIER Pierre-Alain, “Sortir de la deuxième guerre mondiale ?” Entre oubli, indemnisation, reconstruction et répression : état des sources et de la recherche : actes de la journée d’études du 25 février 2010 = “In de nasleep van de Tweede Wereldoorlog” Tussen vergeten, vergoeden, heropbouw en repressie : beschikbare bronnen van stand van het onderzoek : handelingen van de studiedag van 25 februari 2010. – Bruxelles : Archives Générales du Royaume et Archives de l’Etat dans les Provinces, 2011

TEITELBAUM-HIRSCH Viviane, Enfants cachés : les larmes sous le masque. – Bruxelles : Luc Pire, 2006

VAN CROMBRUGGE Yaëlle, Le réseau de renseignements clandestin “Zéro” et ses relations avec les décideurs politiques et économiques belges sous l’occupation (1940-1944). – Louvain : Université catholique de Louvain (U.C.L.), 2011. – Mémoire de fin d’études

VAN GOETHEM Herman, Holocauste & Droits de l’Homme. – Malines : Kazerne Dossin Malines, 2012

VASTESAEGER Anne-Marie, Questions d’archivage. – Bruxelles : Politeia, 2009

VERHOEYEN Etienne, België bezet 1940 - 1944 : een synthese. – Brussel : BRTN-Instructieve Omroep, 1993

VERHOEYEN Etienne, Inventaires 25. Archives Luc-Marc/Mill/Zéro. – Bruxelles : Centre de Recherches et d’Etudes Historiques de la Seconde Guerre Mondiale (C.R.E.H.S.G.M.), 1991

VERHOEYEN Etienne, Inventaires 29. Réseaux de Renseignements. – Bruxelles : Centre de Recherches et d’Etudes Historiques de la Seconde Guerre Mondiale (C.R.E.H.S.G.M.), 1993

- 23 -

- PB -

FOD Sociale ZekerheidDienst voor de OorlogsslachtoffersLuchtvaartsquare 311070 BrusselTel: 02/528.91.00Fax: 02/528.91.75E-mail: [email protected]: http://warvictims.fgov.be

Hebben aan deze editie meegewerktGert De Prins, Marie-Thérèse Hoedenaeken, Marie Lejeune, Alexandra Matagne, Véronique Schifflers, Julien Schreiber, Sylvie Vander Elst

OpmaakDG Communicatie, FOD Sociale Zekerheid

VertalingVertaaldienst, FOD Sociale Zekerheid

Verantwoordelijke uitgeverClaire Barette - juni 2013